De overname van NIBC door de Amerikaanse investeerder lijkt nog slechts een kwestie van tijd. Het bestuur van de Haagse bank heeft zich achter het overnamebod geschaard, zoals dat zo mooi heet. Eerder deden de grootaandeelhouders dat al.
NIBC meldde op Valentijnsdag dat het met Blackstone gesprekken voerde over een overname door laatstgenoemde. Die gesprekken waren op die dag reeds ‘in een ver gevorderd stadium’, aldus NIBC. Blackstone betaalt aan de reguliere aandeelhouders een prijs van €9,85 per aandeel. Met de twee grootaandeelhouders – JC Flowers en Reggeborgh – zijn parallelle afspraken gemaakt. Zij bezitten gezamenlijk 75,3% van de aandelen en ontvangen respectievelijk €8,93 en €9,65 per aandeel.
Het bestuur van NIBC ziet brood in een overname omdat deze de bank in staat zou stellen om ook op lange termijn een rol van betekenis te spelen binnen de sectoren waarin NIBC nu ook al actief is. Dat betreft vooral het zakelijke segment, maar via NIBC Direct is de bank ook actief in de markt voor particuliere spaarders. Naast meer zekerheid over de toekomst biedt de overname volgens topman Paulus de Wilt ook nieuwe mogelijkheden voor het personeel en voor bestaande klanten.
Uit de uitgebreide bepalingen blijkt dat er in de dagelijkse praktijk voor het personeel niet direct heel veel gaat veranderen. Blackstone respecteert alle bestaande en opgebouwde rechten van het personeel, de zetel van NIBC zal gevestigd blijven in Den Haag en ook blijven de naam NIBC en het vertrouwde rood-blauwe logo in gebruik. Hoe dat zich in de praktijk uiteindelijk gaat ontwikkelen zal de tijd leren.
Claim van VEB
Overigens is het laatste woord nog niet gezegd over de overname. Beleggersbond VEB is namelijk ontevreden over de gang van zaken en eist €3,7 miljoen van NIBC, omdat het informatie over de overname te laat publiek bekend zou hebben gemaakt. Volgens de VEB was vanaf 5 februari – negen dagen voor de publicatie van het overnamebod – een opmerkelijke toename in het handelsvolume van aandelen van NIBC.