De European Securities and Markets Authority (ESMA) oordeelt hard over de Duitse financiële toezichthouders inzake het dossier Wirecard. Klokkenluiders werden niet serieus genomen, het was niet bekend dat medewerkers van toezichthouders aandelen hadden in Wirecard en er werd onvoldoende samengewerkt. Wirecard klapte enkele maanden terug ineen, nadat €1,9 miljard aan liquide middelen onvindbaar was en waarschijnlijk ‘helemaal nooit bestaan had’.
Er moet wel iets serieus zijn misgelopen voordat financiële toezichthouders zelf in het beklaagdenbankje terecht komen. Laat dat nu het geval zijn met Wirecard, eens de heldere ster aan het Duitse fintech-firmament, maar inmiddels verworden tot een zwart gat. Vanwege de goede resultaten was de Beierse onderneming jarenlang gewild goed op de beurs, totdat huisaccountant EY afgelopen juni de jaarrekening over 2019 niet wilde ondertekenen. Er bleek €1,9 miljard te missen. Sterker nog, dat bedrag heeft waarschijnlijk nooit bestaan.
De val van Wirecard ging gepaard met veel geraas. Meerdere grote banken – waaronder ABN AMRO en ING – hadden een kredietfaciliteit uitstaan van elk enkele honderden miljoenen. De beurskoers – kort voor de val nog zo’n €104 – klapte volledig in elkaar en zweeft momenteel zo rond de €0,60. Van de verantwoordelijke personen zit oud-CEO Markus Braun in de gevangenis, COO Jan Marsalek is ondertussen één van de meest gezochte personen op aarde.
De vraag die iedereen bezighoudt is natuurlijk hoe dit zo ongelooflijk fout heeft kunnen gaan. Over die vraag heeft Europees toezichthouder ESMA – onder leiding van de Nederlander Steven Maijoor – zich de afgelopen maanden het hoofd gebogen. Daarbij is vanzelfsprekend veel aandacht uitgegaan naar de verantwoordelijke nationale toezichthouders Bundesanstalt für Finanzdienstleistungsaufsicht (BaFin) en het Financial Reporting Enforcement Panel (FREP).
Ernstige tekortkomingen
Beide organisaties zijn ernstig tekortgeschoten in hun taken, stelt ESMA. De Financial Times liet vorig jaar een klokkenluider aan het woord over spooktransacties. Dat was overigens niet de eerste keer dat mensen met kennis van zaken hun twijfels lieten blijken. Voor FREP vormde het geen aanleiding om eens met wat extra aandacht naar Wirecard te gaan kijken, wat volgens ESMA wel had gemoeten. Wirecard heeft deze aantijgingen al die tijd overigens ontkend, maar deze later schoorvoetend alsnog toegegeven, als een sporter die bekent toch doping te hebben gebruikt.
Ook BaFin – het Duitse equivalent van de Nederlandse AFM – krijgt er behoorlijk van langs. Zo bleek achteraf dat meerdere medewerkers van BaFin aandelenposities hadden in Wirecard, iets dat bij de toezichthouder zelf niet bekend was. Vanzelfsprekend had dit nooit het geval mogen zijn, in verband met de schijn van belangenverstrengeling die het opwekt. Naast het feit dat zij hun zaakjes intern onvoldoende op orde hadden laakt ESMA ook het gebrek aan samenwerking tussen BaFin en FREP. Twee weten immers meer dan één en door informatie uit te wisselen kunnen nieuwe en beslissende inzichten ontstaan.
Volgens EMSA-voorman Steven Maijoor biedt het rapport handvatten voor hervorming van het Duitse toezichts- en handhavingsysteem. Maijoor wijst verder naar het belang van solide toezicht voor het vertrouwen van investeerders in de financiële markten en de noodzaak van consistente en effectieve handhaving in de hele Europese Unie.