Strategie-, management- en IT-consultancybureau zeb verwacht dat de Europese banken dit jaar hun hoge winsten grotendeels kunnen vasthouden, mits zij zich kunnen aanpassen aan de sterk veranderde renteomgeving en aan het wankele economische herstel.
De honderd grootste banken ter wereld hebben 2023 positief afgesloten op de beurs dankzij een stevige eindejaarsrally. De lager dan verwachte inflatiecijfers en het vooruitzicht dat de centrale banken hun rentes in de eerste helft van 2024 waarschijnlijk gaan verlagen, gaven de financiële markten een flinke impuls.
De totale beurswaarde van de honderd grootste banken ter wereld steeg met 5,6% naar 5,9 biljoen euro, de hoogste waarde in twee jaar tijd.
De West-Europese banken slaagden erin om hun totale inkomsten met 10% op jaarbasis te verhogen en tegelijkertijd om hun kosten met 4,9% te verlagen, gemeten over de periode van het vierde kwartaal van 2022 tot en met het derde kwartaal van 2023.
Dit resulteerde in een aanzienlijk betere kosten/inkomsten-ratio van 50,5% (-7,9% op jaarbasis). Zij deden het wat dat betreft beter dan hun Amerikaanse tegenhangers (63.4%).
Wederom een goed jaar
2024 belooft wederom een goed jaar te worden voor Europese banken, zo concludeert zeb, een strategie-, management- en IT- consultancybureau in Europa dat zich specifiek richt op de financiële sector.
“Ons onderzoeksteam ziet 2024 als een overgangsjaar, waarin Europese banken hun hoge winsten grotendeels kunnen vasthouden. Mits zij zich kunnen aanpassen aan de sterk veranderde renteomgeving en het wankele economische herstel”, licht Dennis Biesterveld, Senior Manager / Head Amsterdam Office bij zeb, toe.
Inleenmarge: inkomsten uit depositoactiviteiten blijven historisch hoog
Ten eerste hebben de Europese banken in 2023 de gestegen marktrente slechts in beperkte mate doorgegeven in de rente op de tegoeden op hun betaal- en spaarrekeningen. Omdat de markt dit jaar een normalisering en een verlaging van de korte rente verwacht, ebben deze extreem goede omstandigheden waarschijnlijk weg.
“Maar als we ervan uitgaan dat de banken aan hun huidige voorwaarden kunnen vasthouden, dan blijven hun inkomsten uit de depositoactiviteiten historisch hoog.”
Uitleenmarge: een wankel herstel van nieuw uitgegeven leningen
Ten tweede hebben de hogere marktrentes in 2023 geleid tot een tragere groei van nieuw uitgegeven leningen. De belangrijkste marktindicatoren wijzen erop dat de Europese economie dit jaar niet terugvalt in een recessie, maar eerder een wankel herstel laat zien.
De vraag naar leningen zal zich langzaam maar zeker aanpassen aan het nieuwe langetermijnevenwicht van de financieringsvoorwaarden. Biesterveld: “Voor banken is het de uitdaging om zoveel mogelijk te profiteren van het herstel en tegelijkertijd om de kans op kredietverliezen te beperken.”
Inkomsten uit looptijdtransformatie: beperkt door negatieve rentecurve
Tenslotte hebben banken ook dit jaar te maken met de negatieve rentecurve. De lange marktrentes liggen lager dan de korte rentes, waardoor de kans op het behalen van inkomsten uit looptijdtransformatie nihil is. De markt verwacht dat de situatie in 2024 verder verslechtert.
Pas in februari 2025 komt er een einde aan de negatieve rentecurve, aan één van de langste periodes ooit. Al hangt de precieze ontwikkeling natuurlijk af van de daadwerkelijke ECB-besluiten.
Banken moeten scherp aan de wind zeilen
Dat 2024 per saldo een goed jaar voor Europese banken wordt, is ook de consensus onder beursanalisten, stelt Biesterveld. “Zij hebben niet alleen een beperkte stijging van de inkomsten ingeprijsd, maar ook een zeer beperkte stijging van de kosten. Banken zullen dus scherp aan de wind moeten zeilen om aan hun verwachtingen te voldoen.”
Tot slot legt hij uit hoe kunstmatige intelligentie dit jaar nog geen rol van betekenis zal spelen in eventuele kostenbesparingen, “maar dat zou het in de toekomst wel kunnen doen. De schaarste aan personeel blijft de belangrijkste uitdaging.”