Islamitisch bankieren is de afgelopen decennia bezig aan een snelle opmars. De sharia-conforme financiering heeft in 2014 een waarde bereikt van $1,8 biljoen en zal naar verwachting tegen 2018 door de grens van $3 biljoen breken. In een recent artikel van BearingPoint Institute gaat het consultancybureau in op de verschillen tussen de partnership-activiteiten van Islamitische banken en de Westerse manier van bankieren. Daarnaast kijkt het naar welke uitdagingen beide bankvormen te wachten staan als Islamitische financiering verder aanzwelt en naar verwachting zo’n 1,6 miljard potentiële klanten in Islamitische financiële producten en diensten zal voorzien.
In de Westerse financiële wereld wordt nogal eenzijdig gekeken naar de manier waarop financiering werkt. Ondanks de mogelijk verstorende financiële producten van voornamelijk FinTech-bedrijven en ondanks diverse nieuwe platformen die bedrijven toegang tot financiering verschaffen, blijven de basisprincipes relatief hetzelfde. In Islamitische landen, zoals Saoedi-Arabië, Qatar en Maleisië, wordt een andere manier van financieren gehanteerd, genaamd Islamitisch financieren. Het grootste verschil met de Westerse manier van bankieren is het ontbreken van een van de belangrijkste financiële basisprincipes: rente.
Islamitische financiering
Rente heeft in theorie de potentie om als strafmaatregel gebruikt worden, waarbij de lenende partij wordt afgestraft door de geldverstrekker. Om dergelijke – minder ethische – financiële praktijken tegen te gaan, verbiedt Islamitische financiering het heffen of ontvangen van rente. In plaats daarvan delen Islamitische banken – als vervangend basisprincipe – in het risico en de verdiensten van hun klanten. Banken moeten daarom duidelijk voor ogen hebben wat zij financieren, en de bankovereenkomst tussen bank en klant heeft daarom meer weg van een partnership. Het vervangende basisprincipe is afkomstig uit de Sharia wet, die handelen op basis van woekerwinst, onzekerheden en speculatie verbiedt. De wet dwingt banken en bedrijven bovendien om transparant te handelen en stelt fysieke aanwezigheid van beide partijen verplicht voor het overmaken van geldbedragen.
Islamitisch bankieren heeft geleidelijk aan een steeds groter marktaandeel veroverd in landen als Qatar, Saoedi-Arabië en Maleisië – waar islamitisch bankieren inmiddels 50% of meer van de markt voor zijn rekening neemt. Dat Islamitisch bankieren geleidelijk groeit, is onder meer te danken aan het feit dat winstgevendheid niet tot de ultieme doelen van de financiële instellingen behoort. Voorbeelden van enkele zeer invloedrijke bancaire instellingen die Islamitisch bankieren, zijn Al Rahji Bank en Bank Al Jazira in Saoedi-Arabië, evenals Kuwait Finance House.
Anno 2015 is Islamitisch bankieren uitgegroeid tot een waarde van $1,8 biljoen, en uiteenlopende marktsegmenten worden door Islamitische bancaire instellingen bediend. Islamitisch bankieren kent dubbele groeicijfers en zal tegen 2018 naar verwachting een waarde bereiken van bijna $3 biljoen.
Een van de belangrijkste financiële instrumenten die benut wordt in Islamitisch bankieren is ‘sukuk’, wat ongeveer gelijk staat aan obligaties. Door het aangaan van partnerships met kleinere spelers bieden de Islamitische banken een alternatieve financieringsbron voor overheidsfinanciering – die in sommige markten een marktaandeel heeft van 62%. Bovendien verkrijgt de investeerder via sukuk – in tegenstelling tot obligaties – een aandeel in de activa, samen met contanten en risico’s. Van de totaal uitgegeven sukuk in de markt staat op dit moment het grootste deel (26%) uit binnen het financial services segment, gevolgd door de energie- en nutssector met 25%. De transportsector staat op de derde plek, hier gaat nu 19% van de financiering naar toe, gevolgd door de vastgoedsector en telecom met beiden 8%.
Ethische partnerships
Volgens BearingPoint kampt Islamitisch bankieren met een aantal uitdagingen. De belangrijkste uitdaging zit in het in lijn blijven met internationale en nationale wetten, terwijl de banken zich tegelijkertijd aan de aard van het Islamitisch bankieren en de Sharia dienen te houden. Het in huis halen van de juiste vaardigheden blijft ook een belangrijk aandachtspunt voor de instellingen, zowel op leidinggevend als operationeel niveau. Zij zijn immers verplicht face-to-face met klanten af te spreken en sterke relaties met hun klanten te onderhouden.
Als Westerse financiële instellingen willen toetreden op de Islamitische financiële markt krijgen ze te maken met een aantal aanzienlijke obstakels. Volgens de onderzoekers van BearingPoint vormen een gebrek aan cultureel bewustzijn en principieel verkeerde intenties achter de stap grote drempels. Een manier om tot de betreffende markten toe te treden is door het creëren van dochtermaatschappijen die als onafhankelijk merk opereren, zoals ‘Amanah’ dat werd opgezet door HSBC Group.