De assets van de grootste vermogensbeheerders ter wereld is in 2010 gegroeid met 16% naar 952 miljard dollar (van 817 miljard dollar in 2009). Daarnaast is het totaal van assets under management (AuM) van deze beheerders gestegen met 12% naar 1.904 miljard dollar. Dit blijkt uit het wereldwijd onderzoek Global Alternatives Survey 2011 door Towers Watson in samenwerking met de Engelse krant Financial Times.
Het onderzoek laat zien dat de helft van hun assets nu pensioenfondsassets zijn. Het rapport is gericht op vijf categorieën alternatieve assets: onroerend goed, private equity fund of funds (PEFoF), fund of hedge funds (FoHF), infrastructuur en commodities, en omvat rankings van de belangrijkste beheerders in elk van deze gebieden.
Download het rapport Global Alternatives Survey 2011
Gerard Roelofs, hoofd Investment Europe bij Towers Watson, zegt: “Institutionele beleggers blijven diversifiëren naar het volledige scala van alternatieve assets, omdat de voordelen van diversificatie steeds duidelijker worden en bepaalde assetcategorieën toegankelijker worden. De trend van het overstappen van equitygerichte portfolio’s naar meer gediversifieerde structuren is duidelijk zichtbaar. Voor beleggers houdt een niet-gediversifieerde aanpak meer risico’s in, zeker in het huidige economische klimaat. Volgens ons onderzoek is het zelfs zo dat het aandeel alternatieve assets blijft toenemen, en nu wereldwijd al 19% van alle pensioenfondsassets bedraagt. Vijftien jaar geleden was dat nog maar 5%.”
Een analyse van de top 100 beheerders van alternatieve assets laat zien dat onroerendgoedbeheerders de lijst aanvoeren met zo’n 55% van alle assets (52% in 2009), gevolgd door PEFoF met 18% (21% in 2009), FoHF met 12% (13% in 2009), infrastructuur met 12% (12% in 2009) en commodities met 3% (2% in 2009). Volgens het onderzoek is de hoeveelheid onroerendgoedassets die door pensioenfondsen in Zuidoost-Azië wordt geïnvesteerd in 2010 verdubbeld. Dit maakt nu 14% van het totaal uit, terwijl het grootste deel van de rest wordt geïnvesteerd in Europa (35%) en Noord-Amerika (46%).
Roelofs: “2010 liet een hernieuwde interesse van pensioenfondsen voor onroerend goed zien. Samen met de assetgroei heeft dit gezorgd voor een toename van 21%. Ook infrastructuur- en commoditiesbeheerders hebben hun pensioenfondsassets flink uitgebreid, omdat beleggers meer vertrouwen hebben gekregen in deze assetcategorieën. Commoditiesbeheerders hebben de hoeveelheid pensioenassets die zij in beheer hebben vrijwel verdubbeld, dankzij het nut hiervan diversificatie en afdekken van inflatierisico’s. En hoewel in infrastructuur nog steeds kritisch wordt gekeken naar de ‘net-of-fees proposition’, zijn pensioenfondsassets met ongeveer 25% uitgebreid.”
Uit gegevens van het bredere onderzoek blijkt dat aan het einde van 2010, de top 50 beheerders van onroerend goed, PEFoF’s en FoHF’s respectievelijk 532 miljard dollar (439 miljard in 2009), 209 miljard dollar (187 miljard in 2009) en 150 miljard dollar (127 miljard in 2009) beheerden. De top 20 beheerders van infrastructuur en commodities beheren nu respectievelijk 128 miljard dollar (109 miljard in 2009) en 44 miljard dollar (28 miljard in 2009) aan pensioenfondsassets.
Roelofs: “Op het gebied van beleggen in hedgefondsen en private-equity vertrouwen we erop dat de vaardige beheerders zich zullen aanpassen aan een veranderende en steeds instabieler wordende markt, en een goede performance zullen genereren. We verwachten dat de grotere beleggers meer kapitaal zullen investeren via directe fondsen. Kleinere beleggers in hedgefondsen zullen dakfondsen (‘fund-of-funds’) blijven vinden die passen bij hun governanceniveau, terwijl ze bij private equity hun twijfels houden over de ‘net-of-fees proposition’. Daarnaast zien we steeds meer belangstelling voor de nieuwe‘alternatieve bèta’ voor het verbeteren van de beleggingsefficiëntie, waarvoor nu meer producten beschikbaar zijn.
Volgens het bredere onderzoek wordt 46% van de alternatieve assets die worden beheerd voor pensioenfondsen belegd in Noord-Amerika (51% in 2009), 37% in Europa (35% in 2009) en 13% in Zuidoost-Azië (9% in 2009). De helft van de Europese vermogensbeheerders is gevestigd in het Verenigd Koninkrijk, 24% in Zwitserland en 12% in Frankrijk. De Aziatisch-Pacifische regio wordt vertegenwoordigd door 34 beheerders afkomstig uit Australië, Hongkong, India, Japan, Nieuw-Zeeland en Singapore. Van de Noord-Amerikaanse beheerders die deelnamen aan het onderzoek is het merendeel (86%) gevestigd in de VS. Twee van de deelnemende beheerders zijn gevestigd in Zuid-Afrika.
“De case voor diversificatie is recent uitgebreid getest, en beleggers die hebben gediversifieerd en de afgelopen vijf jaar niet meer alleen equities als voornaamste ‘return asset’ hadden, lieten in het algemeen een betere performance zien dan beleggers die dat niet hebben gedaan. Door de economische situatie is het aannemelijk dat diversiteit in de toekomst nog belangrijker wordt. En ondanks dat dit in sommige gevallen kan leiden tot strengere governance, vinden wij dat diversificatie de moeite waard is. Daarbij verliezen we niet uit het oog dat er steeds meer manieren zijn om te diversifiëren met minder strenge governance”, aldus Roelofs.
Macquarie Group is wederom de grootste infrastructuurbeheerder van pensioenfondsassets met 60,3 miljard dollar (51,6 miljard in 2009) en voert ook de algemene ranglijst aan; HarbourVest Partners is opnieuw de grootste PEFoF-beheerder met 21,7 miljard dollar (21,0 miljard in 2009). Blackstone Alternative Asset Management beheert opnieuw het grootste aandeel FoHF-assets voor pensioenfondsen met een totale waarde van 15,9 miljard dollar (14,3 miljard in 2009). Prudential Financial Inc. is de grootste onroerendgoedbeheerder met 42,0 miljard dollar (20,9 miljard in 2009), en PIMCO de grootste commoditiesbeheerder voor pensioenfondsen met 11,1 miljard dollar (8,5 miljard in 2009).