De Nederlandsche Bank (DNB) heeft vandaag een boek gelanceerd met een overzicht van de veranderingen die het vak van financieel toezichthouder na de crisis heeft ondergaan. Dit boek moet een kompas zijn voor toekomstige ontwikkelingen. Met de crisis is de vernieuwing van het financieel toezicht in een stroomversnelling geraakt. Wereldwijd ontwikkelen toezichthouders nieuwe benaderingen en instrumenten, zo blijkt uit het boek ‘Financial Supervision in the 21st Century’, dat DNB op 13 mei 2013 heeft gelanceerd.
Financial Supervision in the 21st Century
Het boek ‘Financial Supervision in the 21st Century’ biedt een verzameling van innovatieve ideeën uit de internationale praktijk en beleidsvorming van het toezicht. Bijdragen zijn van verschillende deskundigen van DNB en internationale experts als Danièle Nouy (Banque de France) en Swee Lian Teo (Monetary Authority of Singapore). Ook toezichthouders uit Australië, Canada, het VK en Zweden geven hun visie op het nieuwe toezicht. Het boek is op initiatief van DNB samengesteld onder redactie van DNB-directeur Joanne Kellermann, en DNB-managers Jakob de Haan en Femke de Vries.
Nieuwe toezichtaanpak
In eerste instantie reageerden toezichthouders wereldwijd enigszins behoudend op de wereldwijde crisis. Het duurde enige jaren voordat de internationale toezichtgemeenschap doorkreeg dat louter technische verbeteringen niet volstonden. Vanaf 2010 sloegen toezichthouders wereldwijd nieuwe wegen in. Zo ook DNB, waar ‘indringend en vasthoudend toezicht’ het nieuwe parool werd. In het openingsartikel van Joanne Kellermann en Robert Mosch (IMF) wordt dit proces beschreven en wordt de vraag: “wat is goed toezicht?” verkend.
Gedrag in bestuurderskamers
Nederland loopt voorop op het nieuwe toezichtterrein van gedrag en cultuur. Voor dit soort toezicht ligt geen internationaal draaiboek klaar. Daarom ontwikkelt DNB een nieuwe mix van onderzoekbenaderingen en technieken, zo blijkt uit de bijdrage van Wijnand Nuijts (DNB) en Jakob de Haan (DNB). Een voorbeeld: om de besluitvormingsprocessen aan de top onder de loep te nemen, deed de toezichthouder niet alleen de gangbare deskresearch en surveys, maar koos ook voor de onorthodoxe methode van de niet-participerende observatie door aan te zitten bij vergaderingen in bestuurderskamers. DNB geeft de bestuurders feedback en houdt ook de vinger aan de pols door bij alle onderzochte instellingen te checken of ze inderdaad follow-up geven aan de verbeterpunten.
Kwaliteitscontrole
Om de kwaliteit van het toezicht te controleren is performancemanagement een belangrijk instrument, zo betogen DNB-directeur Jan Sijbrand en David Rijsbergen (DNB), want het stelt toezichthouders in staat hun effectiviteit te monitoren en op basis daarvan hun aanpak bij te stellen. Dat de uitkomsten van toezichtacties meestal niet één-op-één te meten zijn, betekent nog niet dat dit onmogelijk is. DNB heeft een set van indicatoren ontwikkeld om het effect van toezichtacties te meten, variërend van harde data als de TIER 1-kapitaalratio van instellingen tot zachte indicatoren als ‘het publiek vertrouwen in financiële instellingen’. Uit dit brede palet kan iedere nationale toezichthouder een selectie maken naar eigen behoeften.
Gedragsbeïnvloeding
Is DNB met alle vernieuwingen ook een betere toezichthouder geworden? DNB-directeur Joanne Kellermann benadrukt dat goed toezicht continue in beweging is. ‘We hebben over het geheel genomen het gevoel dat we beter in control zijn.’ Niet dat DNB meer boetes uitdeelt. Het toezicht is veeleer een proces van gedragsbeïnvloeding via allerlei kanalen – waarvoor iedere toezichthouder verantwoordelijk is. Hierbij staat uiteraard de eigen verantwoordelijkheid van financiële instellingen voorop. Daarbij moet DNB open blijven staan voor kritiek en daaruit lessen blijven trekken, en die vertalen in effectiever toezicht. Kellermann: ‘Dat is ons ultieme doel, want toezicht is alleen goed als het effectief is.’
Effectief toezicht
Maar wat effectief is, is nog de vraag, zo stelt Julie Dickson, hoofd van de Canadese financiële toezichthouder. Dickson ziet drie basisvoorwaarden voor effectief toezicht: onafhankelijkheid, voldoende middelen en een helder mandaat. Zij merkt op dat toezichthouders wereldwijd druk bezig zijn ‘to set up their game’. Bij gebrek aan consensus over wat de beste aanpak is, zijn toezichthouders uit verschillende landen druk bezig om verschillende dingen uit te proberen. Dickson benadrukt dat toezichthouders open moeten staan voor elkaars ervaringen met nieuwe benaderingen en technieken. Daarbij moeten ze permanent over de schouders blijven kijken – hun eigen schouders én die van de topspelers in de financiële wereld – in het volle besef dat ze pas over tien jaar met zekerheid kunnen vaststellen of ze de afgelopen jaren het goede toezichtpad zijn ingeslagen.
Internationaal seminar
Met het publiceren van dit boekwerk stimuleert DNB de internationale kennisuitwisseling. Ook organiseert DNB in december een seminar over dit thema om van gedachten te wisselen met deskundigen uit binnen- en buitenland.