Een beursgang van ABN AMRO kan de Nederlandse Staat ongeveer €400 miljoen gaan kosten. Kosten die met name gemaakt moeten worden voor het inhuren van het specialisme van de grote investment banks die nodig is voor een succesvolle beursgang. Dat meldt minister Jeroen Dijsselbloem aan de Tweede Kamer.
Kosten van een beursgang
De gemiddelde kosten van een Europese beursgang bedroegen de afgelopen vijf jaar 2,7% van het geplaatste kapitaal, aldus Dijsselbloem. De aandeelhouder van ABN AMRO - NLFI - gaat momenteel uit van een opbrengst van ongeveer €15 miljard. De kosten van een eventuele beursgang zouden daarmee uitkomen op circa €400 miljoen. Een groot deel van deze kosten gaan op aan het inhuren van zakenbanken, adviesbureaus en accountants.
Dijsselbloem laat de Tweede Kamer weten naar mogelijkheden te zoeken om de kosten van een beursgang van ABN AMRO te drukken. Hij benadrukt echter dat dit niet ten koste mag gaan van de hoogte van de opbrengst. Een van de te onderzoeken opties is om ABN AMRO zelf onderdelen van de beursgang te laten uitvoeren.
Dijsselbloem: geen haast met beursgang ABN AMRO
Eerder heeft de ministerraad besloten, op voorstel van minister Dijsselbloem, dat een beursgang de beste optie is, mits aan de volgende voorwaarden is voldaan: de financiële sector moet voldoende stabiel zijn, er moet voldoende interesse zijn in de markt en de onderneming moet er klaar voor zijn. Over een jaar zal het kabinet daarom opnieuw beoordelen of aan genoemde voorwaarden wordt voldaan. Indien het parlement hiermee instemt, zou de eerste mogelijkheid voor een beursgang in de eerste helft van 2015 kunnen zijn.
Dijsselbloem nadrukte gisteren in de Tweede Kamer dat het kabinet "geen haast" heeft met de verkoop van ABN AMRO. Pas volgend jaar wordt besloten of het dan het juiste moment is voor de beursgang.
Daarnaast liet hij gisteren in de Tweede Kamer nogmaals weten dat het kabinet geen voorstander is van het aanhouden van een minderheidsbelang door de Nederlandse Staat. Onder andere het CDA wil dat er gekeken wordt naar alternatieven, waaronder het behouden van een minderheidsbelang door de Staat. Ook zou volgens het CDA SNS Bank een publieke nutsbank kunnen worden met een regionale functie.