De Britse overheid heeft 7,7% van zijn belang in Royal Bank of Scotland (RBS) verkocht aan de markt, maar met een verlies van ~£2 miljard. De redding van het op instorten staande RBS kostte de Britse staat in 2008 £45,5 miljard (tegen de huidige wisselkoers zo’n €52 miljard), waarmee het overheidsbelang steeg tot 83%. De regering is zijn belangen nu per tranche aan het verkopen.
Samen met Fortis en Santander vormde Royal Bank of Scotland (RBS) in 2007 het consortium dat ABN AMRO overnam, maar zich daar uiteindelijk ernstig in verslikte. RBS kreeg na de overname de internationale zakenbank en een groot deel van het investment management van ABN AMRO in handen. Het duurde niet lang voordat de kredietcrisis in alle hevigheid uitbarstte. De zakken van RBS bleken niet diep genoeg, waardoor de bank moest aankloppen bij de Britse overheid om niet om te vallen. De staat nam een belang in RBS dat uiteindelijk opliep tot 83% en uiteindelijk £45,5 miljard kostte.
Maandag maakte de Britse overheid bekend weer 7,7% van de RBS aandelen te hebben verkocht, voor een prijs van £2,71 per aandeel. Ter vergelijking, bij de redding van RBS in 2008 betaalde de bank nog £5,02 per aandeel. Alleen al op deze tranche verliezen de Britten iets meer dan £2 miljard. Na de verkoop is nog steeds 62% van de bank in publieke handen. Mits de koers drastisch gaat stijgen in de komende jaren zullen de verliezen dus nog fors verder oplopen.
Significante stap
Minister Philip Hammond van Financiën laat optekenen: “Deze verkoop betekent een significante stap van RBS terug richting privaat eigendom en het achter ons laten van de financiële crisis.” De oppositie is - vanzelfsprekend - minder tevreden en is van mening dat de minister op een hogere prijs had moeten inzetten en spreekt van het ontbreken van ‘een economische rechtvaardiging’ om op dit moment nog meer aandelen te verkopen.