Er is momenteel veel beweging op de woningmarkt. Tot aan de jaarwisseling waren het veelal beleggers die nog wilden handelen alvorens een stijgende overdrachtsbelasting van kracht werd. Met ingang van het nieuwe jaar zijn het vooral starters die de deur plat lopen bij de notarissen, in hun geval omdat de overdrachtsbelasting juist helemaal afgeschaft is.
In veel sectoren is de periode rond de jaarwisseling er eentje waarin men op halve kracht werkt. Op notariskantoren is het juist andersom. Dat heeft te maken met het feit dat nieuwe wet- en regelgeving vaak zijn intrede doet op 1 januari, omdat dat administratief nuttig is én een bepaalde symbolische waarde is. Per 2021 zijn er nieuwe tarieven van kracht met betrekking tot de overdrachtsbelasting van koopwoningen. Die tariefswijziging leidt tot grote drukte bij notariskantoren.
Beleggers hebben met name in de laatste jaren een slechte naam gekregen op de woningmarkt. Politiek en maatschappij houden hen mede verantwoordelijk voor de sterk toegenomen huizenprijzen, die een koopwoning voor steeds minder mensen bereikbaar hebben gemaakt. Prins Bernhard Jr. is één van de mensen die inmiddels symbool staat voor deze groep. De PvdA opperde zelfs een Prins Bernhard-belasting, wat best ironisch is in die zin dat de sociaal-democraten regelmatig andere partijen beschuldigen van populisme.
Onderdeel van die belasting is dat ‘pandjesbazen’ extra belast worden op hun huurinkomsten. Zo ver gaat de nieuwe wetgeving voorlopig niet, maar de verhoging van de overdrachtsbelasting is alvast een gevoelige. De overdrachtsbelasting voor beleggers bedraagt met ingang van het nieuwe jaar 8% van de woningwaarde, in plaats van de 2% die het was. Dat heeft in de laatste weken van 2020 geleid tot een relatieve stormloop bij notarissen.
Andersom profiteren starters juist van een tariefverlaging van de overdrachtsbelasting. Kopers van 18 tot 35 jaar betalen met ingang van 2021 helemaal geen overdrachtsbelasting meer. Dat was althans het plan, want de regels werden naderhand iets aangescherpt. Starters die een huis van meer dan €400.000 kopen moeten alsnog de reguliere 2% overdrachtsbelasting betalen. Deze wijziging gaat in per 1 april aanstaande. Tot dat moment hebben ook de wat meer vermogende starters de tijd om tenminste €8.000 te besparen.
Met de nieuwe ontwikkelingen zullen de drukke laatste maanden op de hypotheekmarkt – van wat toch al een recordjaar was – voorlopig dus nog even aanhouden. Zij het dat de samenstelling van de kopers anders van aard is.