Het vertrouwen in de woningmarkt blijft groeien, terwijl de kloof tussen starters en koopwoningbezitters verder zichtbaar wordt. Dat meldt ING in zijn nieuwste Woonbericht.
Woningbezitters profiteren van stijgende overwaarde, wat hen een gevoel van zekerheid en financiële mogelijkheden geeft. Tegelijkertijd ervaren veel starters juist frustratie en jaloezie over diezelfde overwaarde.
Volgens het rapport stijgt de woonindex dit kwartaal naar 111, een verbetering ten opzichte van 108 in het vorige kwartaal en het derde opeenvolgende kwartaal boven de neutrale waarde van 100.
Vooral het vertrouwen in de hypotheekrente, dat steeg van 69 naar 91, draagt bij aan dit positieve sentiment. Terwijl ruim driekwart van de woningbezitters aangeeft overwaarde te hebben, zegt 40% van de starters jaloers te zijn op die financiële voorsprong.
Overwaarde: zekerheid én ongelijkheid
Woningbezitters zien hun overwaarde vaak als een verdiende beloning. Ruim 90% van hen is blij met hun financiële positie, mede omdat het hen een buffer, pensioenaanvulling of ruimte voor verduurzaming biedt. Maar liefst 35% van hen wil overwaarde inzetten voor woningverbeteringen.
Toch erkent een groot deel dat zij door de stijgende huizenprijzen voordelen hebben ten opzichte van starters. Een kwart geeft zelfs aan dat zij hun eigen woning niet opnieuw zouden kopen tegen de huidige marktwaarde.
“Het is opvallend dat de woningprijzen zo snel zijn gestegen dat een groot deel van de woningbezitters zijn eigen huis bij volledige financiering nu niet meer zou kunnen betalen”, zegt Wim Flikweert, Manager Wonen bij ING. “Om een volgende stap in de wooncarrière te maken, zal inbreng van overwaarde in veel gevallen cruciaal zijn. Daarbij gaat het om serieuze bedragen.”
Starters struikelen over budget
Voor starters blijft een gebrek aan budget de belangrijkste barrière. Bijna 70% van hen geeft aan dat ze momenteel onvoldoende middelen hebben om een woning te kopen, terwijl de helft van de huurders zegt nauwelijks te kunnen sparen door hoge huurprijzen.
Bovendien ervaart 85% van de starters dat overwaarde de ongelijkheid op de woningmarkt vergroot, een kloof die volgens velen de komende vijf tot tien jaar alleen maar zal toenemen.
Toch erkennen sommige starters de positie van woningbezitters. Zo vindt 35% het terecht dat overwaarde als beloning geldt voor het nemen van risico’s. Tegelijkertijd leidt het bij 25% van de starters tot frustratie, en 40% geeft aan jaloers te zijn.
“Het is sportief dat een groot deel van de starters het de woningbezitters gunt dat ze overwaarde hebben”, ziet Flikweert. “Ze hebben de keuze gemaakt om te kopen en dat heeft goed uitgepakt. En voor het onderhoud en verbetering worden kosten gemaakt. Maar dat overwaarde ook tot scheve gezichten kan leiden, is logisch.”