VVD vindt de plannen van minister Jeroen Dijsselbloem van Financiën voor de invoering van de bankierseed te ver gaan. Vorige week adviseerde de Raad van State Dijsselbloem ook al om af te zien van de uitbreiding van de eed naar alle bankmedewerkers. In het Tweede Kamer debat van dinsdag liet Dijsselbloem echter weten vast te houden aan de voorgestelde uitbreiding van de bankierseed.
Uitholling van de bankierseed
VVD-Kamerlid Aukje de Vries is het niet eens met de verplichte uitbreiding van de bankierseed naar alle bankmedewerkers. Volgens haar is er sprake van een uitholling van de bankierseed, als die gaat gelden voor 90.000 medewerkers in de financiële sector. Ze is ook tegen de uitbreiding van de 'geschiktheids- en betrouwbaarheidstoets' voor bankmedewerkers. Volgens haar is Dijsselbloem ,,te gemakkelijk'' voorbijgegaan aan kritiek van de Raad van State op zijn wetsvoorstel.
Raad van State pleit ook tegen de uitbreiding
De Afdeling advisering van de Raad van State pleitte vorige week al tegen een verdere uitbreiding van de bankierseed. Ook is volgens de Raad van State een wettelijk verplicht tuchtrecht niet nodig. Volgens de Raad van State is het beter om af te zien van het wettelijk verplichte karakter en de invoering van de eed en tuchtrecht aan de sector zelf over te laten.
Eed is mooi en belangrijk moment
Dijsselbloem laat afgelopen dinsdag aan de Tweede Kamer weten de eed een 'mooi en belangrijk moment' te vinden voor bankmedewerkers. De eed is ook iets waar medewerkers 'beroepseer en trots om bij een bank te werken' aan kunnen ontlenen. 'Een bank kan er bijvoorbeeld twee keer per jaar een mooie bijeenkomst van maken, waarbij alle nieuwe medewerkers gelijk de eed of belofte afleggen om de klant centraal te stellen bij hun werk voor de bank of verzekeraar'.
Dijsselbloem blijft ook vasthouden aan de invoering van tuchtrecht in de financiële sector. Ook hier is het aan de sector zelf om hier invulling aan te geven.