Grote financiële instellingen verliezen hun machtspositie ten koste van partijen die de kapitaalverschaffing democratiseren. Steeds meer ondernemers wenden zich voor een financiering tot het non-bancaire kanaal, met Mogelijk als een van frontrunners. Algemeen directeur Folkert Eggink geeft samen met advocaat Jelmer Baukema zijn visie op deze ingrijpende transitie.
Voor wie denkt dat de financiering door non-bancaire partijen – via platforms zoals Mogelijk maar ook tal van andere partijen – klein bier is ten opzichte van wat traditionele banken doen: think again. Met name in het MKB leggen de banken het steeds vaker af tegen non-bancaire financiers.
Volgens Eggink is het omslagpunt nabij: op korte termijn nemen platforms meer dan de helft van de MKB-financieringsmarkt voor hun rekening. De ingrijpende machtsverschuiving in de financiële sector is dan ook niet te ontkennen. Die verschuiving heeft goede redenen.
Kosten
Ten eerste zijn non-bancaire financiers flexibel. Zij kunnen daarom beter inspelen op de MKB-markt dan banken, onder meer vanwege hun lagere kostenstructuur en hun focus. Grote banken richten zich vaak op het optimaliseren van hun risico’s, mede geprikkeld door de regulatory frameworks waaronder kapitaalbuffers die ze moeten aanhouden. Andere marktsegmenten zijn vanuit die prikkel lucratiever.
State of the art technologie
Ten tweede kunnen platforms als Mogelijk meer snelheid en gemak bieden aan ondernemers. Ondernemers willen niet over een paar maanden horen of ze een lening kunnen krijgen, maar willen liefst direct weten waar ze aan toe zijn.
"Wij zetten alles in op innovatie om de klant sneller en beter te bedienen."
Moderne financieringsplatforms verslaan de banken op snelheid doordat ze geen hinder ondervinden van oude systemen. Aan de voorkant – de aanvraag van kredieten – zetten ze vaak state of the art technologie in om direct inzicht te verschaffen in de mogelijkheden.
Maatschappelijke verwachtingen
Dan speelt er ook nog een derde factor en die is misschien wel de belangrijkste: de maatschappelijke verwachtingen zijn radicaal veranderd. Veel investeerders willen precies zien waar ze hun geld in stoppen en welke kosten daarbij horen. Ze willen dat supereenvoudig met een appje kunnen managen. En precies dat bieden van inzicht, dat is waar platforms zoals Mogelijk in excelleren.
Dat is – gesimplificeerd en ingekort – de visie van Eggink op de (gevolgen van de) machtsverschuiving. De missie van Mogelijk speelt daarop in door vraag en aanbod van kapitaal voor de financiering van zakelijk onroerend goed op een moderne manier bij elkaar te brengen.
Hij spreekt in dit verband over ‘democratisering’. "Platforms brengen vraag en aanbod bij elkaar op een manier die 10 jaar geleden nog ondenkbaar was. Aanvankelijk ging het vooral om wat kleinere bedragen per investeerder. Maar de markt wordt nu volwassen en we zien ook een flinke aanwas van volwassen investeerders zoals family offices."
Serieuze investeerders
Dat vertaalt zich ook in hogere gemiddelde investeringsbedragen. Volgens Eggink legt een investeerder momenteel gemiddeld 340.000 euro in waarmee Mogelijk geldnemers kan helpen hun vastgoed te financieren. Direct of via een door Mogelijk beheert investeringsfonds. En het vertaalt zich in een zeer gezonde groei.
In 2016 begon het als een project van drie ondernemers, nu telt de organisatie 122 FTE’s. Afgaande op de stevige marketingcampagnes op onder meer BNR lijkt Mogelijk voorlopig nog niet klaar met de groeispurt. Wat is volgens Eggink het grote geheim achter het succes?
"Wij verkorten de keten tussen geldnemer en geldgever of investeerder."
"Het begint met een duidelijke marktkans waarin de behoefte en de mogelijkheid samenkomen. Enerzijds heeft de markt duidelijk behoefte aan een andere vorm van kredietverlening en investering. En anderzijds maakt digitalisering het ook mogelijk om het anders te doen. Wij zetten daar vol op in door bijvoorbeeld aan de voorkant bij de aanvraag van een financiering met technologie het proces te versnellen."
"We hebben ongeveer 24 programmeurs in dienst die dit steeds weer een stap verder brengen met onder meer API-koppelingen om direct inzicht te krijgen in zaken als de locatie, het energielabel en dergelijke. Deze data combineren we met persoonlijke gesprekken met de geldnemer en aan de voorkant hebben we dan ook mensen zitten met veel kennis en ervaring. Bij een traditionele bank is dat heel anders: daar zitten de duurste mensen op andere plekken."
High tech high touch
De aanpak is samen te vatten als 'high tech high touch'. En ook ondernemend en innovatief. Ook daarin verschilt Mogelijk van de (groot)banken: "Wij zetten alles in op innovatie om de klant sneller en beter te bedienen. Direct weten waar je aan toe bent bij een aanvraag als ondernemer, maar ook altijd inzicht in wat we met je geld doen voor investeerders."
Het ondernemerschap herkent Eggink ook in de samenwerking met Van Doorne. "Ik heb geleerd dat als je als bedrijf wilt groeien dat je dan ook partners om je heen moet verzamelen die willen meegroeien. Dat gaat om een mindset die ik herken bij Van Doorne."
"Jelmer en zijn kantoorgenoten leven zich in en zijn echte partners. Een paar jaar geleden vond Jelmer dat het tijd was dat wij een eigen legal counsel in dienst namen. Daar hebben we toch drie jaar mee gewacht omdat het gaat om complexe vragen en dan is het fijn om de diepte en breedte van Van Doorne altijd onder handbereik te hebben."
Partnership
Baukema: "Ik ben er echt trots op dat we geen procurement relatie hebben maar een echte partnership, waarin je elkaar soms ook dingen vertelt die minder leuk zijn. Onze mensen weten wat er speelt en hoe het onder de motorkap werkt bij Mogelijk. Ik merk ook elke dag dat zij trots zijn om bij te kunnen dragen aan de transitie van Mogelijk."
Tot slot. Een vraag over de toekomst: als Mogelijk verder groeit, hoe kun je dan vermijden dat je als gevolg van de grotere omvang geen ‘bank 2.0’ wordt met precies de aandachtspunten die Eggink eerder schetste.
"Ik ben daar niet bang voor. Wij verkorten de keten tussen geldnemer en geldgever of investeerder. Dat zit heel principieel ingebakken in onze structuur en dat gaat er niet meer uit, ook niet als we een grotere organisatie worden. En onze naam helpt ook. We willen dingen mogelijk maken. En daar wordt iedereen elke dag weer aan herinnerd."
Een artikel van Van Doorne.