DNB: Lichte stijging securitisaties bij externen

18 april 2013 Banken.nl 2 min. leestijd

In 2012 hebben in Nederland gevestigde financiële instellingen voor €13,1 miljard aan verpakte leningen, hoofdzakelijk woninghypotheken, verhandeld aan externe beleggers. Dit is een stijging van 6,6% ten opzichte van 2011 , maar bijna de helft minder dan in 2010. De daling van het totaal van uitstaande securitisaties zette door in 2012 met 7,7% tot €293 miljard. Dit maakte De Nederlandsche Bank (DNB) dinsdag bekend. Later die dag liet het Europees Parlement weten dat gesecuritiseerde hypotheken mogen worden meegeteld als liquiditeitsbuffer (bericht). Deze ruimere interpretatie van de Basel III regelgeving maakt securitisaties voor financiële instellingen aantrekkelijker.

Stijging nieuwe securitisaties bij externe ten opzichte van 2011
Bij securitisaties worden leningen van met name banken aan huishoudens en bedrijven gebundeld en als verhandelbare effecten verpakt en verkocht. Securitisaties vormen een extra financierings­bron voor banken. Deze in obligaties verpakte leningen werden in de jaren na het ontstaan van de kredietcrisis (medio 2007) niet of nauwelijks aan externe beleggers verkocht (hierna externe securitisaties) vanwege het aangetaste vertrouwen in gesecuritiseerde producten. Vanaf eind 2009 kregen externe beleggers weer interesse in securitisaties, al zijn er wel minder beleggers dan voor de crisis. In totaal werd in 2012 voor €13,1 miljard aan Nederlandse securitisaties bij externe beleggers geplaatst, waarvan €11,8 miljard gesecuritiseerde woninghypotheken. Dit was een stijging van 6,6% ten opzichte van 2011 , maar bijna de helft minder dan in 2010. Naast de externe securitisaties vonden in Nederland in 2012 ook nog omvangrijke interne securitisaties plaats (€41 miljard), maar deze dienden vooral ter vervanging van aflopende securitisaties.

 

 

Daling uitstaande securitisaties
Per saldo daalde het uitstaande bedrag aan securitisaties met €25 miljard (-7,7%) tot €293 miljard doordat de aflossingen op bestaande securitisaties groter waren dan de nieuwe securitisaties.

De daling trad op bij zowel de securitisaties van woninghypotheken als de overige securitisaties. Vooral bij de overige securitisaties was de afname sterk (met ruim een derde tot €18 miljard). Door deze ontwikkelingen had per eind 2012 bijna 95% van de uitstaande securitisaties betrekking op woninghypotheken (€275 miljard), terwijl dit in 2006 nog bijna 70% bedroeg. Ruim 70% betreft interne securitisaties (€195 miljard). Externe beleggers bezitten per ultimo 2012 €80 miljard aan gesecuritiseerde woninghypotheken, 3% minder dan eind 2011 en 15% minder dan het hoogste niveau (€ 94 miljard) in 2007. Ten opzichte van de totaal uitstaande woninghypotheken is dat 12% tegenover 17% in 2007.

Driekwart van de externe securitisaties van woninghypotheken (circa €60 miljard) is afkomstig van Nederlandse banken (incl. hun niet-bancaire dochters). Het overige deel van de externe securitisaties van woninghypotheken (ongeveer €20 miljard) is afkomstig van andere hypotheekverstrekkers dan Nederlandse banken, waaronder verzekeraars.