Delta Lloyd: WK een feest, maar geen booster economie

01 juli 2014 Banken.nl 5 min. leestijd

Heel de wereld is momenteel in de ban van het WK voetbal in Brazilië. Dat geldt ook voor chief economist Jan Bronselaer en senior fund analyst Levi Saerens van Delta Lloyd Bank. Zij bekijken het WK voetbal niet louter als sportevenement, maar belichten ook de economische kant. De 20ste editie van dit voetbalfeest vindt voor de tweede maal plaats in een land dat voetbal ademt: Brazilië. Wat zijn de gevolgen van een WK voor de economie van gastland Brazilië? Is er sprake van een wereldwijd WK-effect? En hoe lang blijft dat nazinderen?

In 1950 was Brazilië ook al eens gastland van het WK

De laatste keer dat Brazilië gastland was voor het wereldkampioenschap in 1950 stond de globalisering nog in haar kinderschoenen. De 13 deelnemende landen kwamen uit de VS en vooral uit Europa en Latijns-Amerika. Buiten India was er geen enkel ander Aziatisch team dat het vliegtuig naar Brazilië nam. India trok zich bovendien terug uit de competitie en keerde naar huis na een weigering van de FIFA om de Indiase ploeg blootvoets te laten spelen. Dat incident verhulde vermoedelijk de te hoge kostprijs voor India en illustreert dat het WK in die naoorlogse periode nog niet echt belangrijk was op het Aziatische continent.

World Cup - Delta lloyd

China en India als economische machten afwezig

Dat vandaag 32 landen deelnemen, met een belangrijke vertegenwoordiging uit Afrika, het Midden-Oosten en Azië, is niet los te koppelen van de toenemende globalisering van de wereldwijde welvaart. Al kun je stellen dat China en India, samen goed voor 15% van het globale bbp, de opvallende afwezigen zijn. Met 2,5 miljard mensen of een vijfde van de wereldbevolking zou het niet onlogisch zijn dat deze landen een superteam afvaardigen. De economische relevantie van het wereldkampioenschap voetbal mag dus niet overschat worden.

Brengt het WK meer pit in de Braziliaanse economie?

Hoe opzwepend de samba ook is, momenteel slaagt de Braziliaanse economie er niet in te groeien. Dat is te wijten aan relatief hoge loonkostinflatie, een te eng groeimodel en te veel structurele knelpunten. Het WK en de Olympische Spelen in Rio (2016) zullen daar weinig aan veranderen. Net zoals bij eerdere massa-evenementen zal de Braziliaanse economie wel tijdelijk een boost krijgen. De aanloop naar dit voetbalfeest zorgde voor broodnodige investeringen en werkgelegenheid. Ook de verwachte aanwezigheid van meer dan 3 miljoen voetbaltoeristen zal de economische cijfers dit jaar wat kleur geven. Maar daar waar de welvaart van Brazilië in 2010, ten tijde van het vorige WK, nog toenam met dik 7%, blijft het consumentenvertrouwen en dat van de bedrijfsleiders vandaag op één van de laagste niveaus van deze eeuw.

Kampioenen trekken aan

Zowel het organiserende als het winnende land trekken traditioneel de aandacht van investeerders en beleggers. Vijfvoudig wereldkampioen Brazilië combineert tijdens dit WK de status van gastland en die van favoriet bij de bookmakers en heeft dus een afspraak met haar geschiedenis. In 1950 moest Brazilië alvast het onderspit delven in de finale tegen buurland Uruguay, dat tot grote teleurstelling van de 200.000 aanwezige supporters in het beroemde Maracanã-stadion in Rio de Janeiro. Die ene nederlaag staat trouwens bekend als Maracanazo, ofwel de ‘moord van Maracaña’, het grootste trauma uit de Braziliaanse sportgeschiedenis. De man die toen het winnende doelpunt scoorde voor Uruguay, Ghiggia, zei daarover ooit: “Alleen paus Johannes Paulus II, Frank Sinatra en ik hebben Maracanã ooit stil gekregen”. Die doodse stilte staat in schril contrast met de feestvreugde van de overwinning. Een vreugde die in het verleden ook vaak gedeeld werd met de beleggers in het winnende land.

De korte roes van de overwinning

De Amerikaanse investeringsbank Goldman Sachs berekende dat de beursindex van de wereldkampioen in de maanden na de finale meestal een beter rendement neerzet dan de globale aandelenindex. Hetzelfde kan gezegd worden van het organiserende land. Echter, voordat u denkt tweemaal te scoren (want u verwacht wellicht dat de ‘gele kanaries’ op eigen bodem de tegenstander zullen platwalsen) en u wars van alle diversificatieregels uw geld volop in Brazilië investeert, weet goed dat het WK-effect van korte duur is. De kans is immers groot dat u binnen het jaar uw winst moet prijsgeven. Op de WK-finale in 2010 bezorgde Iniesta in de laatste minuut van de verlenging Spanje een overwinning tegen oranje. De maanden daarna leek het alsof de Spaanse euforie zich ook naar de Spaanse beurs verspreidde. Spaanse aandelen presteerden tussen de finale en 31 oktober van dat jaar 18,3% beter dan de Nederlandse. Tegen het einde van het jaar was deze beurswinst echter weggevaagd.

De effecten dichterbij huis

De massale interesse en de gigantische marketingmolen die daarmee op gang kwam, kan tijdelijk voor meer consumptie zorgen. Een doorstoot van de kwartfinale naar de halve finale en, wie weet verder, kan het economische optimisme stimuleren. Maar ook hier is het verleden een belangrijke gids: als er een positief effect is, vlakt dat in de maanden na het WK uit, waardoor de economische impact in het beste geval eerder bescheiden is. Deutsche Bank merkte op dat de bierprijzen voor haar thuismarkt in de aanloop naar het wereldbekertoernooi nog nooit zo sterk stegen sinds de hereniging van Duitsland in 1990. De massale opkomst bij elke match om in kleine horecazaken, grote stadions of op marktpleinen samen het WK te volgen op een groot scherm, lijkt aan te geven dat niemand een punt maakt van de kostprijs van het gerstenat.

Slotfase

Voetbal is de meest populaire sport wereldwijd. Naar schatting 250 miljoen mensen trappen regelmatig tegen een bal in meer dan 200 landen. In 2010 keken naar schatting 700 miljoen mensen wereldwijd naar de finale tussen Spanje en Nederland. Dat zal deze keer niet anders zijn, want het WK brengt mensen van overal ter wereld samen en doet de emoties hoog oplaaien. Dat betekent echter niet dat zo’n wereldkampioenschap een duurzame hefboom voor meer welvaart is, integendeel. Toch hopen de Braziliaanse president Rousseff en haar landgenoten dat de traditie deze keer doorbroken wordt: wél meer welvaart en wél wereldkampioen in Maracaña. Daarmee kunnen de Brazilianen alvast één trauma definitief begraven.