‘Spaargedrag belangrijker dan spaarbedrag’
Hoewel de helft van de Nederlanders zichzelf zuinig vindt en goed in sparen acht, blijkt lang niet iedereen over voldoende spaarbuffers te beschikken. Sterker nog; er is een heuse ‘spaarkloof’ in de samenleving zichtbaar. Zo heeft een kwart van de Nederlanders meer dan €10.000 voor noodgevallen beschikbaar, terwijl een vrijwel even grote groep juist minder dan €500 of zelfs helemaal geen spaargeld heeft.
Dat blijkt uit het ING Spaaronderzoek onder 1.077 Nederlanders van 16 jaar en ouder. Uit het onderzoek komt naar voren dat maar liefst 90% van de Nederlanders spaart. Onder jongeren ligt dit percentage met 96% zelfs nog hoger, al zegt dit niets over de hoogte van hun spaarbuffer.
Uiteindelijk draait alles immers om hoeveel geld er opzij wordt gelegd. De een houdt per maand €100 over, de ander zelfs meer dan €500. De meeste mensen leggen meer dan €100 per maand opzij, een enkeling zelfs meer dan €500. Dit kan leiden tot een aardige spaarpot, de helft heeft meer dan €3.000. Een kwart (22%) beschikt over minder dan €500, in deze groep zitten relatief veel mensen van 50 tot 65 jaar.
Een tiende van de ondervraagden spaart echter nooit, omdat ze geen geld overhouden aan het einde van de maand – of omdat ze een ‘gat in de hand’ hebben. Al met al vindt de helft van de Nederlands dat ze goed zijn in sparen, met name de groep 66 jaar en ouder is van mening over voldoende spaarskills te beschikken.
“Het onderzoek bevestigt het cliché dat Nederlanders spaarzaam zijn”, legt Japke Kaastra (Head of Financial Health ING Nederland) uit. “Maar maakt ook duidelijk dat lang niet iedereen over voldoende buffer beschikt.”
Daarnaast ziet Kaastra dat er kwetsbare groepen zijn die geen geld overhouden om te sparen. “Hier willen wij wat aan doen, bijvoorbeeld door mensen financieel gezonde gewoonten aan te leren en actief aan te moedigen om automatisch te sparen. Want als je automatisch spaart, bouw je ongemerkt een mooie buffer op. In de basis gaat het om de gewoonte: het spaargedrag is belangrijker dan het spaarbedrag.”
Spaarproduct kiezen
Naast het spaargedrag van Nederlandse consumenten wilden de ING-onderzoekers ook weten hoe spaarders hun ‘spaarpot’ uitkiezen. Zo komt naar voren dat de helft van de ondervraagden het belangrijk vindt dat een bank zich op duurzaamheid richt, maar kijkt slechts 11% van de Nederlanders het eerst naar duurzaamheid bij het kiezen van een spaarproduct. De meeste spaarders kijken vooral naar het rendement.
Desondanks heeft een derde van de sparende Nederlanders verduurzaming wel degelijk als (persoonlijk) spaardoel. Denk hierbij bijvoorbeeld in het sparen voor een elektrische auto (42%), isolatie van hun huis (41%) of zonnepanelen (41%). Een meerderheid wil in duurzaamheid investeren omdat het op termijn kosten bespaart.
€385 minimum spaarbedrag
Daarnaast komt het ING Spaaronderzoek naar voren dat de helft van de Nederlanders een duidelijk spaardoel voor ogen heeft. Zo sparen de meeste mensen (62%) om tegenvallers te kunnen betalen, zoals bijvoorbeeld een computer of telefoon die kapotgaat. Ook luxe-uitgaven (zoals een vakantie, nieuwe auto of kleding) en serieuzere zaken (zoals pensioen of de studie van een kind) zijn populair.
De meerderheid (63%) vindt dat iemand met meer dan drie maandinkomens op zijn of haar spaarrekening een gezonde buffer heeft. Dat klinkt volgens Kaastra als veel geld, “maar als je een eigen huis, auto of studerende kinderen hebt, dan kan dit hard nodig zijn”. Wat Kaastra betreft zou iedereen minimaal de eigen bijdrage van de zorgverzekering (€385) op de rekening moeten hebben.
