Gegevensuitwisseling tussen banken en politie digitaal

30 november 2015 Banken.nl 1 min. leestijd

De gegevensuitwisseling tussen banken en de politie is grotendeels nog een papieren en handmatig proces. Banken zijn volgens minister Ard van der Steur druk bezig om dit proces te digitaliseren waardoor de politie veel kosten kan besparen.

Het onderzoek naar financiële criminaliteit kost politie 100 tot 200 fulltime arbeidskrachten voor onder andere het overtikken van bankgegevens van verdachten. Dat staat in vertrouwelijke politierapporten uit 2013 en 2014 die in handen zijn van ZEMBLA. 'Inmiddels zijn er door de politie in nauwe samenwerking met de vier grootbanken (ABN AMRO, ING, Rabobank en SNS) grote vorderingen gemaakt op dit traject. Zo leveren SNS en ING historische transactiegegevens al digitaal aan. ABN AMRO en de Rabobank zijn in een testfase en zijn bijna zover om aan te sluiten.'

Digitale gegevensuitwisseling

De vier grootbanken hebben met politie en OM afgesproken dat de vorderingen m.b.t. saldo en transactiegegevens vanaf centrale punten te laten lopen (zogenoemde BOB-kamers). Hierdoor krijgen banken vorderingen op een uniforme wijze via een centraal punt en leveren zij die gegevens vervolgens ook digitaal uit aan dat centrale punt.

Naast saldo en transactiegegevens wil de politie soms ook weten waar iemand bankiert of welke naam bij een bepaalde rekening hoort. Om ook dat proces efficiënter te maken werken banken samen met politie en OM aan een moderne digitale oplossing. Het inrichten van een centraal rekeningen register zoals dat in omringende landen bestaat is daarbij niet aan de orde. Vanwege het beperkte aantal klanten tegen wie een onderzoek loopt is het niet proportioneel om alle gegevens van alle klanten in een extern register op te slaan. Dat is ook niet nodig omdat de techniek inmiddels een minder omslachtige methode toelaat. Daar wordt aan gewerkt, aldus de NVB.