ABN AMRO presenteert z'n jaarcijfers over 2012:
-
De onderliggende nettowinst, exclusief separatie- en integratiekosten, bedroeg in 2012 1.285 miljoen, ten opzichte van 960 miljoen in 2011
-
De kredietvoorzieningen waren in 2012 lager vanwege een 125 miljoen vrijval voor belasting uit de Griekse voorzieningen versus 880 miljoen dotatie voor belasting in 2011. Exclusief het effect van de Griekse exposures waren de kredietvoorzieningen aanzienlijk hoger dan in 2011
-
De onderliggende efficiëntieratio verbeterde naar 61%, ten opzichte van 64% in 2011
-
De onderliggende nettowinst daalde over het vierde kwartaal van 2012 tot 84 miljoen (ten opzichte van 374 miljoen in het derde kwartaal van 2012), doordat de voorzieningen meer dan verdubbelden en de bankbelasting werd geheven (12 miljoen)
-
De gerapporteerde nettowinst steeg naar EUR 948 miljoen over 2012
-
Het gerapporteerde nettoverlies in het vierde kwartaal bedroeg EUR 97 miljoen en was vooral het gevolg van integratiekosten
-
De core Tier 1 ratio verbeterde naar 12,1%, de Tier 1 ratio naar 12,9% en de total capital ratio naar 18,4%
-
Voorgesteld wordt een dividend van EUR 250 miljoen uit te keren aan de gewone aandeelhouder
-
Alle integratieactiviteiten werden in 2012 afgerond
Bestuursvoorzitter Zalm is tevreden
“2012 was een belangrijk jaar, het jaar waarin de integratie werd afgerond. Vier jaar geleden ontwikkelden wij plannen voor de integratie van ABN AMRO en Fortis Bank Nederland. Met genoegen stel ik vast dat wij deze complexe operatie met relatief weinig overlast voor onze klanten, op schema en binnen het budget hebben afgerond, terwijl de beoogde efficiëntieverbeteringen zijn gerealiseerd.
Ondertussen gingen wij door met onze normale activiteiten onder niet zo normale omstandigheden. Het economische klimaat bleef ongunstig in 2012. Desondanks realiseerde de bank bevredigende resultaten over geheel 2012. Het onderliggende operationele resultaat bleef vrijwel onveranderd en de onderliggende efficiëntieratio verbeterde tot 61%. Dit was grotendeels het gevolg van kostenbeheersing en integratievoordelen, echter weer deels tenietgedaan door de bankbelasting. De onderliggende nettowinst steeg met 34% tot EUR 1.285 miljoen en het rendement op het eigen vermogen bedroeg 10%. Exclusief diverse omvangrijke posten en desinvesteringen in 2012 en 2011 zou de onderliggende nettowinst met 34% zijn gedaald, vooral door hogere kredietvoorzieningen. Het rendement op het eigen vermogen zou op 8% zijn uitgekomen. De bank heeft haar vermogenspositie verder versterkt en heeft nu een core Tier 1 ratio van 12,1% en een total capital ratio van 18,4%.
Wij zijn als een solide bank uit de integratie gekomen en hebben veel van onze kerncompetenties versterkt. Met onze blik op de toekomst gericht, hebben wij onze horizon uitgebreid tot 2017 en hebben wij duidelijke keuzes gemaakt met betrekking tot onze lokale en internationale activiteiten. De nader uitgewerkte elementen van onze strategie kunnen worden vertaald in vijf strategische prioriteiten: klantbelang centraal, investeren in onze toekomst (IT, medewerkers en duurzaamheid), een sterk commitment aan een gematigd risicoprofiel, nastreven van selectieve internationale groei en verbeteren van de winstgevendheid. Wij hebben deze prioriteiten vertaald in drie doelstellingen voor 2017: een efficiëntieratio van 56-60%, een Common Equity Tier 1 ratio onder Basel III die ruim boven het wettelijke minimum ligt en geleidelijk zal worden verhoogd tot 11,5-12,5%, en een rendement op het eigen vermogen van 9-12%. Ondanks de uitdagingen die voor ons liggen en de gematigde economische vooruitzichten zijn we optimistisch gestemd. Als wij alles wat we tot nu toe hebben bereikt in ogenschouw nemen, evenals de toewijding, het professionalisme en het doorzettingsvermogen van onze medewerkers, zijn wij ervan overtuigd dat wij alles hebben wat nodig is om succesvol te zijn.“