Na de financiële crisis werden Europese banken geconfronteerd met een verzameling nieuwe wetten en regels die waren ontworpen om systematische risico’s in de financiële sector terug te dringen. Hoewel de bankensector, ten opzichte van de jaren na de crisis, er anno 2016 een stuk beter voorstaat op dit gebied, blijkt uit een nieuw onderzoek van EY dat het sentiment in de sector er niet beter op geworden is.
In zijn recent uitgebrachte onderzoeksrapport ‘European Banking Barometer – 2016’ besteedt zakelijke dienstverlener EY aandacht aan veranderingen in de dynamiek binnen het Europese bankensysteem. Het rapport is gebaseerd op een surveyonderzoek onder 250 banken actief in 12 verschillende markten: België, Duitsland, Frankrijk, Ierland, Italië, Nederland, Oostenrijk, Polen, Scandinavië, Spanje, het Verenigd Koninkrijk en Zwitserland.
Matig optimisme
Uit het onderzoek blijkt dat respondenten in 2016 gemiddeld minder positief zijn over de financiële vooruitzichten voor de komende twaalf maanden, dan in 2015. Vorig jaar verwachtte 56% van de respondenten dat de financiële prestaties van zijn of haar bank tenminste enigszins zouden verbeteren, waarvan 8% een aanzienlijke verbetering voorzag. In 2016 is dit percentage gedaald naar 52%, waarvan opnieuw 8% zeer positief is over de vooruitzichten. Daarentegen is het aandeel van de respondenten dat minder goede financiële prestaties verwacht gestegen van 16% naar 23% in 2016, waarvan 2% aanzienlijk minder goed denkt te presteren. Bovendien blijkt uit het onderzoek dat het optimisme in de hele markt gedaald is naar het laagste niveau sinds vier jaar terug, toen de schuldencrisis in de Eurozone op zijn hoogtepunt was.
Marie-Laure Delarue, EMEIA Banking & Capital Markets Leader bij EY, vertelt: “Met de lage economische groei in Europa en de economische vertraging bij een aantal van Europa’s belangrijkste handelspartners, in combinatie met de gecompliceerde geo-politieke situatie in het Midden-Oosten, Zuid-Amerika en delen van Afrika, blijven er weinig redenen over voor bankiers om vrolijk te zijn. Groeikansen zijn schaars terwijl de druk van wet en regelgeving lokaal hoog blijft en zich verder ontwikkelt.”
ROE
Daarnaast besteedt het onderzoek ook aandacht aan de veranderingen in de verwachte return on equity (ROE) van banken in de komende twaalf maanden. Van de twaalf onderzochte markten wordt de grootste stijging in ROE verwacht in Ierland, waar een aanzienlijke omzetstijging (+6,28%) en kleinschalige stijging van de kosten (+0,14%) ervoor zorgen dat de ROE stijgt met 2,8%. Op de tweede en derde plek volgen respectievelijk het Verenigd Koninkrijk met 2,66%, en Spanje met 2,56%.
Hoewel de omzetstijging van Nederlandse banken (+1,81%) naar verwachting boven het Europees gemiddelde (+1,62%) ligt, en zij met -2,19% op Spaanse branchegenoten na het hardst in hun kosten zullen snijden, blijft de ROE stijging laag. Met een toename van 0,8% scoren de Nederlandse banken onder het Europees gemiddelde (+1,06%) en staan op de achtste plaats in dit onderzoek. Ook de Belgische banken verwachten een bovengemiddelde kostenbesparing (-2,05%) en omzetstijging (+2,45%), maar de verandering in ROE blijft miniem met een voorspelde stijging van 0,18%.
Het onderzoek toont echter aan dat er ook een aantal markten zijn die een daling in ROE verwachten in de komende twaalf maanden. Polen is het meest pessimistisch over de ontwikkeling van de ROE van haar banken, en voorziet een daling van 3,33%, door een stijging van de kosten en veranderingen in wet- en regelgeving. Ook in Scandinavië en Duitsland maken de banken zich op voor een minder jaar met ROE-dalingen van respectievelijk 0,61% en 0,17%.
Voor Europa als geheel geldt de verwachting dat ROE gematigd zal stijgen met 1,06% vanuit een omzetgroei van 1,62% en een kostenbesparing van 0,9%. De consultants zelf zijn echter minder optimistisch dan de bankiers, en stellen: “Tenzij de banken de geanticipeerde 1,62% omzetgroei en 0,9% kostenbesparing overtreffen, schatten wij dat zij slechts een gemiddelde verbetering in ROE zullen realiseren van 0,47% - minder dan de helft van de gemiddelde 1,06% die respondenten verwachten.”
Agendapunten
Het onderzoek laat verder zien dat risk management het belangrijkste agendapunt van 2016 is, met 70% van de respondenten die dit belangrijk acht. Op de tweede plaats voor het komende jaar staat het stroomlijnen van investeringen en processen rondom automatisering en technologie – vorig jaar stond dit agendapunt nog op de vierde plek. Het op twee na belangrijkste agendapunt is kapitaal, liquiditeit en leverage ratio, en op de vierde plek staat compliance met regelgeving in de capital market. Vorig jaar stonden deze punten op respectievelijk de tweede en vijfde plek.
Het rapport benadrukt tevens de verschuivende aandacht richting de FinTech-sector. Vanuit banken wordt er steeds meer interesse getoond in deze jonge sector, mede door hun potentie om de bankensector te verstoren door klantvriendelijke toepassingen van technologie. Vooral bankiers in België, Duitsland, Italië en Scandinavië geven aan dat investeren in consumentgerichte technologie een topprioriteit voor hen is. Overall geeft 53% van de respondenten investeren in dergelijke technologie aan als belangrijkste prioriteit, ten opzichte van 43% in 2015. 23% van de respondenten verwacht dat partnerships met FinTech-bedrijven een belangrijke rol zullen gaan spelen voor het succes van hun organisatie.
Een ander gebied waar sinds vorig jaar meer interesse in is gekomen is cybersecurity. Volgend op een aantal high-profile cyberaanvallen*, evenals een structurele toename in financiële cybercrime, geeft 56% van de respondenten cybersecurity op als prioriteit voor het komende jaar, ten opzichte van 48% vorig jaar.
Niet-organische groei
Als het op groeistrategieën aankomt, is een aanzienlijk deel van de respondenten (85%) in de verwachting dat er enige consolidatie zal plaatsvinden in de sector in de komende twaalf maanden. De fusie- en overname activiteit blijft echter een redelijk kleine schaal behouden, met voornamelijk aankoop van bedrijven die direct aansluiten op kernactiviteiten, terwijl eventuele overcapaciteit wordt verkocht.
Naast sectorconsolidatie blijven partnerships de populairste route naar niet-organische groei. Joint ventures krijgen de meeste voorkeur van respondenten die willen investeren in nieuwe Europese marktplaatsen, hoewel België, Ierland en Spanje tegen de draad ingaan en juist meer overnames verwachten.
Delarue concludeert: “Voor veel instellingen is het beschermen en uitbouwen van hun marktaandeel de uitdaging voor het komende jaar. Blijven ze alleen, doen ze strategische overnames, of partneren ze met andere instellingen of innovatieve bedrijven? Welke nieuwe markten zijn zowel economisch als politiek stabiel genoeg om in te investeren? Kan er nieuwe groei worden gevonden in bestaande markten? Dit zijn de vragen waar Europese bankiers van wakker zullen liggen – het wordt interessant om te zien hoe zij zich op dit lastige pad plannen te begeven.”
* Recente voorbeelden zijn de aanvallen van hackers op Bangladesh Bank, waarbij $81 miljoen werd buitgemaakt, en op Griekse banken.