Kredietverstrekkers opgeroepen tot actie rondom aflossingsvrije hypotheken

30 november 2017 Banken.nl

Volgens het Financieel Stabiliteitscomité moeten kredietverstrekkers een gerichte aanpak ontwikkelen voor het tegengaan van de risico’s van het grote aandeel aflossingsvrije hypotheken in de hypotheekschuld van Nederlandse huishoudens. Uit de vergadering van november 2017 blijkt dat de aflossingsvrije hypotheken een risico vormen voor de financiële stabiliteit van huishoudens, doordat zij tegen het einde van de looptijd in de problemen komen.

Meer dan de helft van de hypotheekschuld van Nederlandse huishoudens bestaat uit aflossingsvrije hypotheken. Bij deze hypotheeksoort hoeft de hypotheeknemer niet op reguliere basis af te lossen op de hypotheek. Wel is de lener verplicht om periodiek rente te betalen over het hypotheekbedrag, dat meestal zo’n 75% van de aankoopwaarde van de woning bedraagt. Aflossing van de lening vindt plaats bij de verkoop van de woning of bij de afloop van de looptijd – in beide gevallen wordt het resterende schuldbedrag in één keer aan de kredietverstrekker terugbetaald.

Problemen aan het einde van de looptijd

Uit de novembervergadering van het Financieel Stabiliteitscomité – waarin vertegenwoordigers van De Nederlandsche Bank (DNB), de Autoriteit Financiële Markten (AFM) en het ministerie van Financiën onder leiding van de president van DNB praten over ontwikkelingen op het gebied van de stabiliteit van het Nederlandse financiële stelsel – blijkt dat het niet regulier aflossen op de hypotheken voor problemen kan zorgen aan het einde van de looptijd. “Huishoudens kunnen te maken krijgen met hogere hypotheekuitgaven in combinatie met een lager (pensioen)inkomen, en zullen daardoor ongewild hun huis moeten verkopen”, aldus het comité.

Financiële situatie huishoudens kan in geding komen aan einde looptijd aflossingsvrije hypotheek

DNB benadrukt dat lang niet alle huishoudens problemen ervaren met de aflossingsvrije hypotheek, maar dat de risico’s op het niveau van individuele huishoudens sterk verschillen. De toezichthouders zijn daarom van mening dat kredietverstrekkers tijdig de financiële situatie van hun hypotheekklanten in kaart moeten brengen zodat maatregelen getroffen kunnen worden om toekomstige problemen te voorkomen.

heeft in zijn vergadering van 14 november 2017 gesproken over de risico’s van aflossingsvrije hypotheken. Naar aanleiding daarvan roept het comité kredietverstrekkers op een gerichte aanpak te ontwikkelen en intermediairs daarbij te betrekken. Daarnaast besprak het comité de plannen uit het regeerakkoord gericht op een meer gelijke fiscale behandeling van vreemd en eigen vermogen en de belangrijkste actuele stabiliteitsrisico’s. “Kredietverstrekkers en intermediairs spelen een belangrijke rol bij het informeren van klanten over de risico’s en het aandragen van mogelijke oplossingen, zoals extra aflossen en het verkleinen van het aflossingsvrije deel van de hypotheek” aldus het comité.

Gerichte aanpak

Volgens het comité moeten banken en andere kredietverstrekkers komen met een gerichte aanpak voor het voorkomen van de aflossingsproblemen. In de huidige aanpak brengen de vier grootste retailbanken wel al de meest risicovolle klanten in kaart en zetten zich ervoor in om deze klanten te activeren. De gerichte aanpak waar het comité op doelt, is een breder toegepaste en verder ontwikkelde versie van de huidige aanpak, waarin de kredietverstrekkers – waar nodig – de samenwerking zoeken met het intermediair.

De toezichthouders hebben vier elementen geïdentificeerd die in ieder geval onderdeel zouden moeten uitmaken van de aanpak. Ten eerste is er de risico identificatie, waarin klanten naar risicoprofiel worden gesegmenteerd op basis van informatie over hun financiële positie. Vervolgens moeten klanten proactief worden benaderd over hun situatie en de risico’s die zij daardoor lopen. Het derde element is het leveren van maatwerk. Voor ieder risicoprofiel moet een effectieve aanpak worden ontwikkeld, die de meest risicovolle klanten snel handelingsperspectief biedt. In dit element kunnen ook intermediairs een belangrijke rol spelen. Tot slot moeten de banken een centraal informatiepunt inrichten, waar huishoudens terecht kunnen met hun vragen en waar mogelijke oplossingen worden toegelicht.