Bankpersoneel moet makkelijker kunnen overstappen naar onderwijs
Nederlanders die in de afgelopen jaren hun baan in de financiële sector zijn kwijtgeraakt moeten makkelijker de overstap naar het onderwijs kunnen maken. Op die manier worden twee problemen tegelijkertijd opgelost. Gisteren tekenden vertegenwoordigers van banken en verzekeraars, onderwijsinstellingen en werkgevers hierover een convenant, genaamd ‘Aan de slag voor de klas’.
In een aantal sectoren weten ze niet waar ze het zoeken moeten als het aankomt op het werven van personeel. Het onderwijs is één van deze sectoren. Ouders van schoolgaande kinderen zullen het waarschijnlijk herkennen en voor wie dat niet heeft is de berichtgeving in de media niet mis te verstaan. In de financiële sector is het aantal banen de afgelopen tien jaar gestaag gedaald, vooral vanwege digitalisering en andere kostenbesparende ingrepen. Op zichzelf zijn er nog voldoende vacatures, maar veelal voor specialistische functies. Het personeel dat de laatste jaren zijn of haar baan kwijt is geraakt zat veelal in generalistische functies.
Een overschot aan personeel in de ene sector en een tekort aan personeel in de andere sector is op het oog eenvoudig op te lossen: omscholen. De praktijk is natuurlijk weerbarstiger. Daarom is het initiatief ‘Aan de slag voor de klas’ ontstaan, dat ervoor moet zorgen dat de overstap naar het onderwijs makkelijker te maken is. Gisteren tekenden de bank- en verzekeringssector, opleidingen en werkgevers een convenant hierover, samen met minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs Arie Slob.
Chris Buijink, directeur van de Nederlandse Vereniging van Banken (NVB): “Het mes snijdt voor ons aan twee kanten. Als we onze medewerkers kunnen interesseren voor een carrière in het onderwijs, helpen we het lerarentekort verkleinen en bieden we hen extra perspectief.”
Kosten nog onduidelijk
Financials die geïnteresseerd zijn in een overstap kunnen zich via een bepaald traject eerst oriënteren. Daarbij ontdekken zij of de overstap kans van slagen heeft en of ze überhaupt geschikt zijn voor het vak van docent. Het is immers niet iedereen gegeven om een groep vol jonge kinderen in het gareel te houden en tegelijk nog de nodige kennis over te dragen. Is de uitkomst van die oriëntatie positief, dan kunnen de docenten in de dop een op maat gemaakt opleidingstraject volgen. De vraag die veel twijfelaars zich ongetwijfeld stellen is wat het gaat kosten. Er bestaan subsidies van Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) voor zij-instromers, waarvan zij gebruik kunnen maken. Het aantal subsidies is echter gelimiteerd en wat het de potentiële overstappers zelf exact kost is nog een beetje ondoorzichtig en kan ook per geval verschillen. Weinig mensen zullen interesse hebben in duizenden euro's extra studieschuld én een (waarschijnlijk) minder goed betaalde baan.
Vicieuze cirkel
Het initiatief klinkt in de basis aantrekkelijk en effectief. Ook hier gelden echter de wetten van de praktijk. Volgens RTL Nieuws staan lang niet alle scholen niet te springen om zij-instromers. Het begeleiden van nieuwe docenten kost namelijk veel tijd, exact datgene wat er niet is juist door het gebrek aan docenten. Volgens RTL hebben scholen bovendien negatieve ervaringen met zij-instromers die gedesillusioneerd afhaakten. Toch zullen ook scholen uit hun hok moeten komen om een dergelijke vicieuze cirkel te doorbreken.
Lees ook:
Europese subsidie voor ontslagen bankpersoneel