Erdogan stuurt president centrale bank de laan uit
President Erdogan grijpt andermaal hard in bij de centrale bank van Turkije. Bankpresident Murat Uysal moet na zestien maanden het veld ruimen, omdat Erdogan ontevreden is over diens rentekoers en over de recente val van de Turkse munt. Saillant is dat Uysal op zijn post kwam nadat Erdogan Uysals voorganger bekritiseerd had om dezelfde reden.
Het is moeilijk voor te stellen dat Mark Rutte op zijn strepen gaat staan en president van De Nederlandsche Bank Klaas Knot maant om de rente te verhogen of te verlagen. En als Rutte dat al zou doen, dan zou Knot hem vermoedelijk vriendelijk maar gedecideerd wijzen op de onafhankelijke positie van de centrale bank, als hoeksteen van een gezonde economie. In Turkije liggen de kaarten echter iets anders.
In 2018 gaf Erdogan toenmalig bankpresident Murat Çetinkaya de bons, omdat deze de rente had verhoogd tot 24%. Dit in een poging om de exorbitant hoge inflatie – in de dubbele cijfers – tegen te gaan en de koers van de Turkse lira wat te stutten. Erdogan had echter liever gezien dat de rente niet verhoogd zou worden, liever nog verlaagd. Dat is uiteindelijk ook gebeurd. Hoe dan ook, het kostte Çetinkaya uiteindelijk zijn baan. Hij werd vervangen door Murat Uysal, die afgelopen week om dezelfde reden werd ontslagen.
Het is algemeen bekend dat Erdogan geen groot fan is van de werking van de financiële markten, die hij onlangs nog betitelde als een ‘duivelse drie-eenheid van rente, wisselkoersen en inflatie’. Omgekeerd zijn de financiële markten ook geen groot voorstander van het beleid van president Erdogan en diens invloed het monetaire beleid van Turkije. Het is niet voor niets dat de lira al enkele jaren moeite heeft zijn waarde te behouden en dat de kredietwaardigheid van Turkse banken onder druk staat.
Op de financiële markten bestaan grote zorgen over de onafhankelijkheid van de centrale bank en in bredere zin het overheidsapparaat. Die zorgen werden groter toen Erdogan twee jaar terug nota bene zijn schoonzoon minister van Financiën maakte. Die nam afgelopen week overigens ontslag, naar verluidt vanwege onderlinge onenigheid. Het ontslag van de bankpresident komt daar nog eens bovenop en lijkt bovenal politiek gemotiveerd, in een poging de aandacht af te leiden van actuele problemen met de binnenlandse economie. Dergelijke frequente wisselingen van zulke sleutelposities vinden meestal niet plaats uit luxe.