Vertrouwen op de woningmarkt groeit, maar bouwen blijft lastig
Het vertrouwen in de Nederlandse woningmarkt blijft groeien en dit heeft een blijvend opwaarts effect op de huizenprijzen. Dat constateren de woningmarkteconomen van ABN AMRO. Ze voorspellen dat de huizenprijzen dit jaar met 8,5% zullen stijgen en in 2025 met 7%.
Deze stijging wordt vooral gedreven door hogere lonen, dalende hypotheekrentes en ruimere hypotheekmogelijkheden. Tegelijkertijd blijft de nieuwbouwsector achter door hoge rente, personeelstekorten en dure bouwmaterialen, waardoor het bouwen van nieuwe woningen moeilijk blijft.
In augustus 2024 waren de prijzen van bestaande woningen 11,2% hoger dan een jaar eerder. “De aanhoudende loonstijgingen en de dalende hypotheekrente stuwen de prijzen omhoog”, aldus de economen.
Dankzij deze ontwikkelingen kunnen huizenkopers meer lenen, wat de concurrentie op de markt verder vergroot. Het percentage aankopen waarbij wordt overboden is gestegen naar 69% in het derde kwartaal van dit jaar, een flinke toename ten opzichte van 46% vorig jaar.
Verkopen blijven stijgen, stagnatie verwacht
Het aantal woningverkopen neemt in 2024 toe met 12%, mede door doorstromers die na een afwachtende houding tijdens de energiecrisis nu weer in beweging komen. Ook starters blijven de markt levendig houden, geholpen door de beschikbaarheid van betaalbare huurwoningen die verhuurders nu verkopen vanwege nieuwe belasting- en huurregels.
ABN AMRO verwacht echter dat de verkoopstijging in 2025 zal afvlakken naar 2,5%, voornamelijk door een beperkte doorstroom naar nieuwbouwwoningen. “Het aantal transacties van nieuwe woningen wordt volgend jaar vooral bepaald door het aantal woningen dat wordt bijgebouwd”, legt Philip Bokeloh, woningmarkteconoom bij ABN AMRO, uit.
Hoewel er meer bouwvergunningen zijn afgegeven door de lagere rente, blijven obstakels zoals bezwaren van omwonenden en milieukwesties nieuwe projecten vertragen. De overheidsdoelstelling van 100.000 nieuwe woningen per jaar blijft daarom buiten bereik.
Uitdagingen in de nieuwbouw
De gemiddelde koopsom van een woning bereikte in 2024 een nieuw record van €466.000, maar er zijn grote regionale verschillen. In Noord-Holland en Utrecht liggen de prijzen ver boven het landelijk gemiddelde, terwijl ze in andere provincies aanzienlijk lager zijn.
Ondanks de vraag naar nieuwbouwwoningen blijft de productie ervan achter. Dit wordt mede veroorzaakt door strengere Europese normen voor waterkwaliteit die vanaf 2027 van kracht worden en de complexiteit van kabinetsplannen rondom nieuwbouw.
Hoewel het aantal bouwvergunningen stijgt, zijn er twijfels over de daadwerkelijke uitvoering van nieuwbouwprojecten. “De overheidsplannen leveren minder woningen op dan gehoopt, en vaak niet in de gebieden waar de vraag het grootst is”, zegt Bokeloh. Daardoor blijft de bouw van nieuwe woningen achter bij de groeiende vraag, wat op lange termijn druk kan blijven zetten op de woningprijzen.