ING: NL industrie herstelt langzamer dan rest Europa
Sinds de crisis verloopt het herstel van de Nederlandse industrie langzamer dan in de rest van Europa. In 2014 produceerde Nederland 2,5% boven het niveau van 2010 – lager dan het EU-gemiddelde. Voor 2015 wordt een groei van 1,5% verwacht naar een totale industriële waarde van €300 miljard. Dat stelt ING in het onlangs verschenen industrierapport “Samen Smart”.
Ter gelegenheid van de IndustrieTOP Smart Industry – die op 3 maart plaatsvond – georganiseerd door VNO-NCW Midden* en ING, heeft het Economisch Bureau van de ING het industrierapport “Samen Smart” gepubliceerd. Het rapport geeft inzicht in de ontwikkelingen van de Nederlandse industriële productie van de afgelopen jaren. Door de harde klappen in de bouw als gevolg van de crisis liep de productie van metaal en bouwmaterialen terug, een van de belangrijkste oorzaken voor het trage herstel van de Nederlandse industriesector.
NL-productie herstelt minder snel
De Nederlandse industrie blijkt trager te herstellen dan de rest van de andere Europese industriesectoren. In 2014 groeide de productie met 1,1% waardoor de totale percentuele groei vanaf 2010 op 2,5% kwam te liggen. Dat is minder dan het Europese gemiddelde. Volgens ING is deze achterstand voornamelijk te wijten aan de gedupeerde metaal- en bouwmaterialensectors als gevolg van de crisis in de bouw. Daarnaast wegen ook de negatieve gevolgen van faillissementen mee, zoals de bedrijfssluiting van Philip Morris. Sommige industrieën groeiden wel sneller dan het Europees gemiddelde, zoals de voedingsindustrie en de machinebouw.
2015: productiegroei 1,5%
In 2015 trekt de productiegroei van de industrie naar verwachting aan. Met een groei van 1,5% (2014: 1,1%) bereikt de productie het hoogste niveau sinds het begin van de crisis (2007). De totale industriële productiewaarde stijgt dan naar € 300 miljard. Zowel de export als buitenlandse afzet zal groeien, verwacht ING, waarbij de export – net zoals in 2014 – harder groeit dan de binnenlandse afzet.
ING redeneert dat de sector sneller de nieuwste productietechnologieën moet inzetten, meer en beter met de rest van de keten moet samenwerken en sneller moet inspelen op innovatieve ICT-toepassingen. Alleen dan kan de Nederlandse industrie –die zich in een dynamische omgeving van internationale concurrentie en een grote hoeveelheid impactvolle trends bevindt – de industriële productiegroei vasthouden en voldoen aan de toenemende consumentenvraag naar maatwerk. Flexibiliseren en optimalisatie, de kernbegrippen van smart industry – een gezamenlijke beleidsagenda van sector en overheid om de sector competitiever in te richten.
Arnold Koning, ING Sectormanager Industrie, verteld in lijn met het rapport: “Een belangrijke uitdaging voor de sector is om te kunnen voorzien in de vraag naar kleinere seriegroottes en de trend mass customization. Deze uitdaging moet worden gecombineerd met efficiency in het productieproces door inzet van nieuwe productietechnologieën en sterk groeiende informatiestromen. Dit is vereist om de kostprijs van het product gedurende de product life cycle te kunnen laten dalen. Daar is echter wel een intensieve samenwerking in de keten voor nodig, al vanaf de designfase.”
* VNO-NCW midden is een werkgeversnetwerk opererend in Flevoland, Gelderland, Overijssel en Utrecht. Via het faciliteren van een zakelijk en bestuurlijk netwerk behartigt VNO-NCW Midden de belangen van werkgevers uit deze regio en zorgt ervoor dat hun stemmen gehoord worden tijdens allerhande overheidsbeleidsvormingen.