IBM, Kyndryl (de zelfstandige bedrijfseenheid van IBM voor infrastructuur-diensten) en ABN AMRO verlengen hun onderlinge IT-samenwerking tot en met 2029. Het opmerkelijke van de deal (waarde: €420 miljoen) is dat de bank de regie over zijn (cloud)platform-diensten weer terugneemt, waardoor de ‘end-to-end’ controle weer in handen van de bank zelf komt.
In plaats van uitbesteden huurt ABN AMRO ‘embedded capabilities’ in. ABN AMRO-CTO Jan van Groningen legt uit dat de IBM’ers in dienst blijven bij hun huidige werkgever, maar dat het team door de bank wordt aangestuurd. “Het is de bedoeling om van twee organisaties één soepel werkende eenheid te maken. Het wordt één virtuele organisatie onder ons leiderschap.”
De nieuwe opzet van de samenwerking past volgens Van Groningen beter bij de huidige behoeften van de bank. “De overeenkomst is essentieel voor het behalen van onze IT-doelstellingen voor het aankomend decennium. We nemen de end-to-end controle en de verantwoordelijkheid voor onze platformdiensten weer over.”
Klantgerichter en responsiever
Het is daarbij de bedoeling dat ook andere partijen, zoals TCS en Infosys, in het IT-ecosysteem toegang krijgen om wijzigingen in de productie aan te brengen. “Die grotere vrijheid en flexibiliteit passen beter bij de DevOps-werkwijze”, legt Van Groningen uit. “Maar ook het ‘multi-party Agile’ werken wordt zo gemakkelijker.”
Naast praktische voordelen biedt de reorganisatie ook financiële voordelen omdat de governance- en overheadkosten verlaagd worden. Omdat er gewerkt vanuit één organisatie is het ook de bedoeling dat de afstemming van de uitvoering sneller gaat en er voorkomen wordt dat werk dubbel gedaan uitgevoerd wordt.
ABN AMRO wordt daarmee weer eigenaar van de techniek. Hoewel IBM nog wel delen van de cloud zal leveren, wordt de dienst voortaan hoofdzakelijk door de bank zelf gemaakt. Met de gewijzigde structuur van de samenwerking hoopt ABN AMRO klantgerichter en responsiever te kunnen werken. Het ontwikkelen van een meer persoonlijke dienstverlening voor zijn klanten staat daarbij centraal.