ING en Crédit Suisse testen met digitaal onderpand via blockchain
ING en Crédit Suisse hebben succesvol €25 miljoen aan hoogwaardige liquide middelen verhandeld via blockchain, door gebruik te maken van de onderpand applicatie van fintech HQLAx. Volgens beide banken was het de eerste transactie ooit in deze soort en vorm. Deze technologie kan banken helpen om te voldoen aan Basel III regelgeving.
Onder Basel III moeten banken een wederom toegenomen kapitaalbuffer hanteren. Dat betekent kortweg dat banken voldoende hoogwaardige liquide middelen in huis moeten hebben voor als de economische prestaties weer wat minder worden. Deze middelen moeten als dat nodig is snel omgezet kunnen worden in cash geld, zonder dat waarde verdampt. Te veel van deze hoogwaardige liquide middelen betekent echter weer een lagere opbrengst per eenheid. Door efficiënt handelen via blockchain kunnen banken hun balansen positief beïnvloeden.
Volgens Ivar Wiersma - hoofd Wholesale Banking Innovation bij ING - is deze recente transactie tussen ING en Crédit Suisse weer een mooi voorbeeld van hoe blockchain financiële diensten sneller, eenvoudiger en efficiënter maakt. Het effect is echter groter dan voor de banken zelf, omdat het de financiële sector in staat stelt om digitale assets transparanter te kunnen verhandelen.
Wiersma: “Wat echt vernieuwend is, is dat wet- en regelgevers via het openbare digitale grootboek alle historie kunnen terugvinden, met betrekking tot betrokken partijen en eigenschappen van dat wat verhandeld is. Conventionele transacties tussen twee partijen is niet altijd even transparant. In potentie kan deze technologie de hele financiële sector meer robuust maken.”
Tokenizen
De transactie vond plaats binnen de blockchain omgeving van Corda, van het R3 consortium. Voor het eerst werd gebruik gemaakt van HQLAx’s digitaal onderpand. Het had betrekking op hoogwaardige liquide middelen, maar het idee van het tokenizen (het opknippen van gegevens in op zichzelf irrelevante stukjes code of data) van assets en dus het digitaliseren van deze assets kan evengoed van toepassing zijn op andere soorten assets, volgens Wiersma. Experimenten als deze vinden voorlopig alleen nog plaats in testomgevingen, maar volgens Wiersma komt het al dicht in de buurt van gebruik in de praktijk.
