Pessimisme familiebedrijven over toekomst neemt toe
De toekomst van familiebedrijven staat onder druk: arbeidsmarktkrapte, onzekere energieprijzen en hoge inflatie vormen een bedreiging voor de continuïteit van dergelijke bedrijven. Zo leidt een tekort aan personeel tot een afname van de winstmarge met maar liefst 12%, waardoor vervolgens 10% bespaard wordt op innovatie.
Dat blijkt uit onderzoek van Nyenrode Business Universiteit in samenwerking met RSM en Van Lanschot Kempen. De zorgen van familiebedrijven zijn de afgelopen maanden sterk toegenomen: terwijl in juni dit jaar nog ruim een kwart (28%) aangaf dat de arbeidsmarktkrapte de continuïteit van de productie en/of dienstverlening van hun bedrijf in gevaar bracht, maakt nu 52% zich ernstig zorgen.
Drie jaar geleden startten RSM en Nyenrode Business Universiteit een onderzoekspanel gericht op familiebedrijven. In maart dit jaar richtte Nyenrode ook met Van Lanschot Kempen een onderzoekspanel op. Voor dit onderzoek zijn beide panels gecombineerd en werken nu ruim 200 grotere familiebedrijven mee en het aantal stijgt gestaag. 85% van de panelleden is zelf eigenaar van het bedrijf, terwijl 7% van de panelleden familie is van de eigenaar.
Uit het onderzoek blijkt dat het personeelstekort ondernemers de meeste slapeloze nachten bezorgt, gevolgd door stijgende energieprijzen en onzekere inkoopprijzen. Ook de opgelopen belastingschuld door corona vormt voor een deel van hen een grote uitdaging.
Vanwege de schaarste op de arbeidsmarkt heeft bijna de helft van de familiebedrijven sinds juni van dit jaar een tussentijdse loonsverhoging doorgevoerd. Meer dan de helft van de directeuren verwacht een afname van de winstmarges in de komende 12 maanden.
Pessimistischer
Ook de huidige torenhoge inflatie heeft voor 16% van de familiebedrijven desastreuze gevolgen. Eén op de zes directeuren geeft aan te vrezen voor de continuïteit van hun bedrijf op de langere termijn. Maar liefst 45% van de directeuren geeft aan dat de hoge prijzen van grondstoffen en energie disruptief zijn voor hun bedrijfsmodel.
Daarnaast heeft de inflatie negatieve gevolgen voor de investeringen in innovatie van familiebedrijven. 43% van de respondenten zegt de komende twaalf maanden minder te investeren in innovatie vanwege de hoge inflatie. De onderzoekers noemen het opvallend dat men hierover steeds pessimistischer is geworden (in mei ging het nog om 19%).
“Duidelijk is dat veel familiebedrijven gebukt gaan onder de groeiende kosten:, legt Roberto Flören (Hoogleraar Familiebedrijven) uit. “Het ondernemersklimaat is op zijn minst uitdagend te noemen en dat terwijl veel bedrijven nog herstellende zijn van de gevolgen van de corona-epidemie en de lockdowns.”
Te weinig steun
Terwijl familiebedrijven crisis na crisis voor hun kiezen krijgen, is maar liefst driekwart (75%) van hen ontevreden over de aandacht die ze krijgen van het kabinet. Zo zijn ze onder meer ontevreden over de op Prinsjesdag gepresenteerde maatregelen, die volgens hen een verschuiving veroorzaken van lasten op arbeid naar lasten op vermogen. 63% van de respondenten verwacht dat de kabinetsmaatregelen negatief uitwerken voor hun bedrijf.
Tot slot blijkt uit het onderzoek dat de verwachte versobering van de bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) bij met name grote familiebedrijven tot problemen leidt in de betaalbaarheid van de bedrijfsopvolging. Zowel een verlaging van de BOR-vrijstelling in de schenk- en erfbelasting (47%) als een afschaffing van de doorschuifregeling voor bedrijfsopdrachten (44%) veroorzaken problemen in de betaalbaarheid van de bedrijfsopvolging.
“Een derde van de familiebedrijven die het bedrijf in de familie willen houden overweegt daarom het eigendom versneld over te dragen om van de oude regeling gebruik te kunnen maken”, aldus de onderzoekers.