2016 vormde een jaar van groei voor de Volksbank, de nieuwe familienaam van SNS Bank, ASN Bank, RegioBank en BLG Wonen. De bank verwelkomde met zijn verschillende consumentenmerken 205.000 nieuwe klanten, waarmee het aantal klanten met 65.000 is gegroeid. Naast de groei van het aantal klanten wist de Volksbank meer hypotheken te verkopen. De bank heeft in 2016 een nettowinst van €329 miljoen gerealiseerd, een daling van €19 miljoen ten opzichte van de nettowinst van €348 miljoen over 2015.
Hypotheekportefeuille
Na jaren van krimp, wist de Volksbank in 2016 haar particuliere hypotheekportefeuille te stabiliseren op €44,9 miljard. Ondersteund door de toegenomen capaciteit in het Service Center Hypotheken, steeg de nieuwe hypotheekproductie tot €3,7 miljard, van €2,1 miljard in 2015 (+76%). BLG Wonen, RegioBank en SNS droegen allen bij aan deze stijging. In een groeiende markt voor nieuwe hypotheken steeg het totale marktaandeel van de Volksbank naar 5,7% (2015: 4,1%).
Door de verhoogde inspanningen voor klantbehoud, zoals de Hypotheek Looptijdservice, slaagde de Volksbank erin veel hypotheekklanten met een rentevaste periode die in 2016 of 2017 afliep, te behouden. Het aantal hypotheken dat toe was aan een renteherziening was aanzienlijk als gevolg van het grote aantal hypotheken afgesloten in de periode 2005-2007, waarvan het merendeel een rentevaste looptijd van 10 jaar had.
De particuliere spaartegoeden bleven nagenoeg stabiel op €36,6 miljard (ultimo 2015: €36,9 miljard). In een groeiende markt daalde het marktaandeel sparen van de Volksbank licht tot 10,7% (ultimo 2015: 10,9%).
Nettowinst van €329 miljoen
De Volksbank boekte in 2016 een nettowinst van €329 miljoen, een daling van €19 miljoen ten opzichte van de nettowinst van €348 miljoen over 2015. Deze daling was volgens de Volksbank volledig toe te schrijven aan een negatieve omslag in incidentele posten van €38 miljoen. Onderliggend steeg de nettowinst met €19 miljoen tot €354 miljoen (+6%), waarbij de invloed van een lagere rentemarge en hogere wettelijke heffingen meer dan werd gecompenseerd door een aanzienlijke vrijval van voorzieningen voor leningen ( €68 miljoen) en een hoger resultaat uit beleggingen.
In 2016 bedroegen de incidentele posten €25 miljoen negatief. Deze bestonden met name uit een reorganisatievoorziening van €24 miljoen netto (€32 miljoen bruto) in verband met de uitvoering van de plannen ter verbetering van de operationele efficiëntie. De ongerealiseerde resultaten op een specifieke voormalige DBV-hypotheekportefeuille en daaraan verbonden derivaten, gewaardeerd tegen reële waarde, bedroegen in 2016 €1 miljoen negatief.
Rentemarge
De rentemarge daalde met €83 miljoen tot €911 miljoen (-8%), wat vooral te wijten was aan het hoge aantal (vroegtijdige) renteherzieningen van hypotheken tegen een lagere rente in 2015 en 2016. Het hoge aantal renteherzieningen was onder meer het gevolg van het relatief grote aandeel van hypotheken in onze kredietportefeuille die in de periode 2005-2007 zijn afgesloten met een rentevaste looptijd van 10 jaar. Daarnaast leidde de dalende rente tot een grotere vraag naar renteherziening, waaronder rentemiddeling, op hypothecaire leningen die nog niet voor reguliere renteherziening in aanmerking kwamen. Verder werd de prijsstelling van hypotheken beïnvloed door felle concurrentie van pensioenfondsen en verzekeraars en een toenemende vraag van klanten naar hypotheken met een langere rentevaste looptijd. De lagere rentebaten uit hypotheken werden deels gecompenseerd door lagere rentelasten, omdat de rente op spaartegoeden in 2016 verder daalde.
Terugdringen aantal defaultleningen
De verbeteringen bij de afdeling Bijzonder Beheer droegen bij aan het terugdringen van het aantal defaultleningen die stamden uit de jaren 2011-2014 en zorgden tevens voor een lagere instroom aan leningen in default. De verbeterende economische omstandigheden droegen eveneens bij aan een groter aantal ingelopen achterstanden. Alles bijeengenomen is het aantal defaultleningen in 2016 meer dan gehalveerd. De hogere huizenprijzen (+5,1% op jaarbasis) leidden bovendien tot een lager tekort wanneer voor een default het onderpand moest worden verkocht.
Kapitaalbuffer
De Tier 1-kernkapitaalratio steeg naar 29,2%, van 25,3% ultimo 2015. Deze stijging is hoofdzakelijk te danken aan de ingehouden nettowinst en de beëindiging van een kredietfaciliteit van €100 miljoen aan SRH N.V. De leverage ratio steeg van 4,7% ultimo 2015 tot 5,2%. Eind 2016 lag de Tier 1-kernkapitaalratio van de Volksbank ruim boven de Tier 1- kernkapitaaleis die voortvloeit uit het Supervisory Review and Evaluation Process (SREP), zowel op transitionele basis (9,25%), zoals die geldt per 1 januari 2017, als volledig ingefaseerd (11%). De huidige kapitaalpositie biedt een aanzienlijke buffer tegen de verwachte impact van de ontwikkelingen rond de toekomstige kapitaalregelgeving op de risicogewogen kapitaalratio’s van de Volksbank.
Maurice Oostendorp, directievoorzitter van de Volksbank, in reactie op de resultaten over 2016: “In 2016 heeft onze aanhoudende focus op bankieren met de menselijke maat tot een verdere versterking van onze bankenfranchise geleid, zoals blijkt uit de verbetering van het marktaandeel nieuwe particuliere hypotheken, het aantal klanten en de klanttevredenheidscijfers. De kwaliteit van onze kredietportefeuille is verbeterd, waardoor onze nettowinst over 2016 profiteerde van een aanzienlijke vrijval van voorzieningen voor leningen. Dit heeft de impact van de lagere rentemarge beperkt.”
Vooruitblikkend geeft Oostendorp aan: “Het is onze ambitie om in de komende periode de waarde van onze bank te optimaliseren voor al onze stakeholders, te weten klanten, de maatschappij, medewerkers en onze aandeelhouder door onze maatschappelijke identiteit te versterken, onze kosten te verlagen en een innovatiebeleid als slimme toepasser te voeren. De resultaten over 2016 en onze sterke kapitalisatie bieden de Volksbank en haar merken een solide basis om onze plannen ten uitvoer te brengen.”