Volgens oud-topman van Rabobank Herman Wijffels hoeft Nederland niet te treuren om het mislopen van buitenlandse bankiers als gevolg van een streng bonusbeleid. Hij reageert hiermee op uitlatingen van ING-topman Ralph Hamers in een interview met de Financial Times. Wijffels stelt dat we niets hebben aan ‘snelle zakenbankiers die het alleen om een hoge bonus te doen is’.
Gisteren was Ralph Hamers in het nieuws omdat hij in een interview stelde dat Nederland zichzelf in de vingers snijdt met het strenge bonusbeleid voor bankiers. Daarmee stak hij zijn nek uit, want het was natuurlijk te verwachten dat daar maatschappelijke kritiek op zou komen. Tegelijkertijd kan enige timing Hamers en ING ook niet ontzegd worden, want uitgerekend later deze dag vindt in de Tweede Kamer een debat plaats over wijziging dan wel aanscherping van de ‘Wet op het financieel toezicht’ aangaande vaste en variabele beloningen in de financiële sector.
Een dag na de ontboezemingen van Hamers krijgt hij stevig tegengas van Herman Wijffels. De oud-bankier en voormalig topman van Rabobank zegt tegen dagblad De Telegraaf dat Nederland niet rouwig hoeft te zijn om het mislopen van buitenlandse bankiers. “De vraag is of we die jongens uit de City wel in Amsterdam willen hebben. Dat is een industrie waarin geld maken met geld het centrale doel is. Ik denk niet dat de Nederlandse economie daar veel aan heeft”, aldus de nog altijd invloedrijke Wijffels.
“Niets te klagen”
Het is ontegenzeggelijk waar dat de beloningsregels in Nederland bovengemiddeld streng zijn. En het is ook heel reëel dat daardoor bepaalde banken of afdelingen van banken Nederland mijden. Desondanks hebben bankiers in Nederland niets te klagen over hun beloning volgens Wijffels. “Die jongens in de financiële sector komen echt niet van de honger om. De talenten die we in Nederland hebben, mogen hun werk best doen voor salarissen van enkele tonnen. Daar hoeven ze echt geen miljoenen voor te krijgen.”