Transacties sluiten. Mensen doen het dagelijks en vaak vele malen meer dan dat ze zelf denken. Ze zijn als ademhalen, zo stelt Shikko Nijland van consultancybureau Innopay. Samen met Douwe Lycklama en Chiel Liezenberg schreef hij het boek ‘Alles transactie’, waarin wordt gekeken naar interacties en transacties in de breedste zin van het woord. Het boek werd verkozen tot Managementboek van het Jaar 2019. Banken.nl spreekt hierover met Nijland.
Het boek ‘Alles Transactie’ werd verkozen tot Managementboek van het Jaar. Waarom de keuze voor deze titel?
Deze titel hebben we gekozen omdat interacties en transacties zijn als ademhalen. We doen het de hele dag, het gaat meestal goed en we staan er verder niet zo bij stil. Wanneer je een berichtje stuurt, iets koopt in een winkel, online een vliegticket boekt, een professionele deal afrondt, en wanneer je bijvoorbeeld inlogt op een platform als Twitter. Alles is dus transactie en dat is dan ook waar het boek over gaat. Een boek over ‘transacties’ in de breedste en meest fundamentele zin van het woord, want interacties en transacties vormen het weefsel van onze maatschappij en economie.
Maar wat weten we eigenlijk van transacties? Hoe kun je naar transacties kijken? Hoe vinden transacties plaats in een steeds verder digitaliserende wereld? Welke positie nemen intermediairs in bij het faciliteren van transacties? Hoe creëer je groei en hoe ontwikkel je proposities voor een dergelijke markt? Dit analyseren we in het boek aan de hand van de kernbegrippen interactie, transactie, koopproces, tweezijdige markt, platform, data en met ‘vertrouwen’ als rode draad, om beter te begrijpen hoe dit allemaal samenhangt.
Volgens de jury komt het boek precies op tijd en dient het een maatschappelijk en economisch belang. Wat denk je dat ze hiermee bedoelen?
Interacties en transacties vormen de kern van onze samenleving, maar lijken op zichzelf nauwelijks onderwerp van studie te zijn. Er is maar in zeer beperkte mate vakliteratuur over te vinden. Dat vonden wij vreemd, zeker nu de wereld in snel tempo digitaliseert en dit in sterke mate de manier beïnvloedt waarop transacties worden gedaan én hoe het hiervoor benodigde vertrouwen tot stand komt. Bovendien krijgen digitale interacties steeds vaker de kenmerken van een (data)transactie, waardoor het aantal transacties de komende jaren explosief zal toenemen.
“Het huidige internet is niet gebouwd op het ondersteunen van transacties.”
Dit is een probleem omdat het huidige internet niet gebouwd is om transacties te ondersteunen. De wijze waarop vertrouwen erin is verankerd, is verre van optimaal. Het is daarom nog geen volwaardig transactiekanaal. Dat is niet alleen een enorme gemiste kans voor economische groei, het houdt ook een groot risico in. Binnen vijf jaar zal het aantal transacties minimaal verzesvoudigen. Door meer mensen die online komen, door onderlinge transacties die digitaal worden, door het Internet of Things, en allemaal met datatransacties als multiplier. Daar is de infrastructuur eigenlijk niet klaar voor. Ons boek gaat hierop in en ik denk dan ook dat dit de reden is van het juryoordeel.
Digitalisering heeft alles en iedereen in elkaar verstrengeld. Wat betekent dit voor organisaties enerzijds en consumenten anderzijds en in hoeverre is vertrouwen vervangen door technologie?
Het kernbegrip van waar ‘internet’ en ‘transacties’ in samenkomen is het woord ‘vertrouwen’. Vertrouwen drijft transacties en manifesteert zich binnen het digitale domein op een heel andere manier dan we gewend zijn in de fysieke wereld, namelijk in de vorm van data. En laat die data nou precies het onderwerp zijn waar vandaag de dag veel over te doen is. Aan de ene kant zijn persoonsgegevens nodig om een digitale transactie te kunnen aangaan, om daarmee het vertrouwen van de betrokkenen te winnen. Aan de andere kant worden steeds meer vraagtekens gezet bij de manier waarop met dergelijke data wordt omgesprongen. De schandalen over datalekken, beïnvloeding van verkiezingen, de zorgen over privacy en het onvermogen van platforms als Facebook om op een veilige manier met deze onvoorstelbaar grote hoeveelheden gegevens om te gaan: het zijn allemaal gevolgen van dezelfde oorzaak.
In welke mate en in welke richting moeten financiële instellingen specifiek mee veranderen om relevant te blijven voor consumenten?
Gezien het belang van data voor het economisch verkeer, is het voor de consument vooral belangrijk dat er een nationale vertrouwensinfrastructuur wordt gecreëerd. Bijvoorbeeld in de vorm van een afsprakenstelsel over data delen waarbij gebruikers controle behouden over hun eigen data en ook de digitale tools krijgen om dit op een zo eenvoudig mogelijke manier ook echt te kunnen doen. Een publiek-private samenwerking is nodig om tot deze oplossing te komen, waarbij financiële instellingen een voorbeeldrol zouden kunnen spelen. Niet alleen omdat er sprake is van een gemeenschappelijk belang, maar ook omdat het probleem te groot is om door één partij opgelost te worden. We moeten als overheid en bedrijven de handen ineenslaan en het normaal gaan vinden om te investeren in een digitale vertrouwensinfrastructuur. Evenals we het vanzelfsprekend vinden om geld te steken in snelwegen of spoorlijnen. Data delen doen we immers elke dag, net als reizen met de auto of trein.
Organisaties zitten tegenwoordig op grote bergen data. Beseffen ze volgens jullie wel de volledige waarde ervan en hoe kijken jullie naar de relatie die bedrijven en organisaties hebben met hun data, nu en in de toekomst?
Wat betreft de toekomst zijn er zijn twee zaken die we moeten oplossen om de volgende fase mogelijk te maken. Daarbij zouden financiële instellingen een leidende rol moeten pakken om relevant te blijven. Het zijn twee ‘big fixes’ die nodig zijn om te komen tot digitale zelfbeschikking en daarmee tot een steviger fundament voor de onafwendbare verdere digitalisering en voortschrijdende platformatie.
De eerste big fix is het doorbreken van de vertrouwensparadox. Hiermee bedoelen we de tegengestelde behoefte van gebruikers om data, en dan met name persoonsgegevens, tegelijkertijd meer toegankelijk te maken én veel beter te beveiligen, om zo hun vertrouwen in verdere digitalisering te behouden. Dit kan door de consument de controle over ‘zijn’ data terug te geven. De consument kan onderdelen van zijn data vervolgens, met consent, weer beschikbaar maken voor derden, terwijl hij altijd controle behoudt over wie hij toegang heeft gegeven.
De tweede big fix is het in evenwicht brengen van de ‘data benefit balance’. Hiermee bedoelen we dat niet alleen financiële instellingen en platforms profiteren van de opbrengsten die data genereren, maar ook consumenten. De voordelen voor consumenten van de mede door hen gegenereerde transactiedata blijken inmiddels in geen verhouding te staan tot die van hun professionele tegenpartijen. Deze balans kan worden hersteld door de consument mee te laten delen in de opbrengsten van zijn data.
GDPR (AVG) poogt een data-onbalans te verkleinen, waarin bedrijven wél wat hebben aan iemands data maar de persoon in kwestie niet echt. Bedrijven hebben minder mogelijkheden dan voorheen om data in te zetten voor economisch gewin, is de perceptie. Is dat ook echt zo en wat is de invloed van GDPR op verdere digitalisering in de komende jaren?
Met wetgeving als de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) en Payment Service Directive 2 (PSD2) heeft de politiek een eerste stap gezet in de strijd tegen wat wij datavervuiling noemen. Hier valt ook onder het economisch gewin door misbruik te maken van de data-onbalans.
“De praktijk is wispelturig. Er is meer nodig dan alleen wetgeving. We pleiten ervoor dat elk bedrijf een digitaal MVO-beleid heeft.”
GDPR geeft de consument formeel gezien controle over zijn data. Echter, de praktijk is wispelturiger. We worden geconfronteerd met schandalen over datalekken, beïnvloeding van verkiezingen, zorgen over privacy en het onvermogen van bedrijven om op een veilige manier met onvoorstelbaar grote hoeveelheden gegevens om te gaan. Er is dus blijkbaar meer nodig dan alleen wetgeving. Dit is het moment waarop wij denken dat Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) om de hoek komt kijken. Verantwoord omgaan met data van klanten is in onze optiek het terrein van MVO. Het is de maatschappelijke verantwoordelijkheid van elk bedrijf om de problemen van datavervuiling niet groter te maken, maar om bij te dragen aan het oplossen ervan. Vanuit Innopay pleiten we er dan ook voor dat ieder bedrijf een digitaal MVO-beleid heeft, dat verder gaat dan alleen het naleven van wet- en regelgeving.
Welke rol is weggelegd voor blockchain en wanneer zien jullie het breed toepasbaar worden?
Vertrouwen wordt veel minder door instituten zoals bedrijven en overheden verzorgd, maar raakt ingebed in de infrastructuur op basis van wiskundige formules en kosmische wetten. Een shift van institutioneel naar infrastructureel vertrouwen. De opkomst van distributed ledgers en blockchaintechnologie met implementaties zoals Bitcoin en Ethereum laat het zien: het blijkt wel degelijk mogelijk om vertrouwen anders te organiseren en zonder ingrijpende tussenkomst van platforms transacties uit te voeren. Er zijn nog vele haken en ogen, maar de techniek is er. Wat betekent het wanneer vertrouwen meer in de infrastructuur ingebakken zit? Welke invloed heeft dit op de relatie met de klant? Wordt het makkelijker om transacties te doen wanneer alle partijen digitaal hun identiteit en data kunnen delen? En wanneer alle betrokkenen daarop wederzijds kunnen vertrouwen? Wanneer we ons in de volgende fase van het internet bevinden, waarin het een volwaardig transactiemedium wordt?
In dit kader kijk ik met veel interesse naar Facebook’s Libra. In mijn optiek gaat Libra weinig bijdragen aan het oplossen van financial inclusion of remittance kosten zoals ze wel in hun whitepaper beschrijven Ik zie het veel meer als een unieke wereldwijde, op distributed ledger technology gebaseerde, vertrouwensinfrastructuur. Daarmee is Facebook de eerste en misschien ook wel enige organisatie die op wereldwijde schaal zowel institutioneel vertrouwen als infrastructureel vertrouwen met elkaar kan verbinden. Weinig mensen hebben door dat Facebook met de Libra een volledige transactionele internet-infrastructuur biedt, die 2,5 miljard mensen met elkaar kan verbinden en daarmee een de facto vervanger van het huidige internet kan zijn.