ING en ABN AMRO zien zich genoodzaakt om bijna €200 miljoen extra uit te keren aan klanten die in het verleden te veel rente hebben betaald op hun doorlopend krediet. In eerste instantie dachten de banken respectievelijk aan €180 en €340 miljoen genoeg te hebben om hun klanten te compenseren. Door een nieuwe uitspraak van financieel klanteninstituut Kifid loopt het echter anders.
De oorsprong van de compensatieregeling is te herleiden naar een uitspraak van het Kifid in 2021 over een conflict tussen ABN AMRO en een klant. Het klachteninstituut oordeelde dat de klant te veel rente had betaald over een doorlopend krediet met een variabele rente die de klant tussen 2010 en 2018 had. Waar de bank in die periode zelf moest betalen daalden, gebeurden dit niet met de tarieven die de bank moest betalen.
Het Kifid stelt dat banken de marktrente moeten bepalen aan de hand van rentes die De Nederlandsche Bank en het Centraal Bureau voor de Statistiek publiceren. Hoewel ABN AMRO beweerde dat deze rentes ongeschikt zouden zijn als referentiepunt, ging de Commissie van Beroep van het klachteninstituut hier niet in mee.
Inmiddels zijn op aandringen van de Autoriteit Financiële Markten veel kredietverleners gestopt met het aanbieden van doorlopende kredieten of hebben zij de voorwaarden aangepast. Daarnaast zijn veel banken begonnen met het compenseren van gedupeerde klanten. Er bestond bij ING en ABN AMRO (Rabobank deed dit wel al) echter nog altijd onenigheid of ook de rente op de misgelopen rente vergoed moest worden en precies aan die onenigheid heeft het Kifid nu een einde gemaakt.
Het oordeel dat banken wél de rente op de misgelopen rente moeten compenseren betekent voor ABN AMRO dat het nog eens een voorziening van €120 miljoen moet opnemen. De extra voorziening wordt opgenomen in het derde kwartaal van 2022. Klanten die al akkoord waren gegaan met het eerste voorstel voor compensatie krijgen bericht van de bank. ING onderhandelt nog met de Consumentenbond over de compensatieregeling.