De Amerikaanse Federal Reserve Board en het ministerie van Financiën hebben Wells Fargo beboet voor een totaalbedrag van $98 miljoen. De Amerikaanse bank zou transacties gefaciliteerd hebben die in strijd zijn met sancties tegen Iran, Syrië en Soedan.
In een verklaring stelde de FED dat Wells Fargo “historisch ontoereikend” toezicht hield op de naleving van sancties bij zijn dochterondernemingen. Eén van die ondernemingen zou tussen 2010 en 2015 een buitenlandse bank hebben geholpen met het verwerken van “verboden transacties” die samen goed zijn voor een bedrag van $532 miljoen.
Het totale openstaande bedrag bestaat uit twee losse boetes. Zo heeft de Fed, Wells Fargo een boete opgelegd van $67,8 miljoen vanwege tekortkomingen in het toezichtsproces.
Daarnaast ontving de bank een boete van $30 miljoen van het Office of Foreign Assets Control van het ministerie van Financiën, vanwege het verstrekken van een platform voor handelsfinancieringen aan een buitenlandse bank. Het platform zou vervolgens gebruikt worden om tussen 2010 en 2015, ruim 124 verboden transacties te verwerken.
Saillant detail aan het verhaal is dat Wells Fargo zelf aangifte heeft gedaan van de schendingen. De Amerikaanse bank zou de transacties bij het OFAC als ‘flagrant’ hebben aangemerkt. Of de melding heeft geleid tot een verlaging van de boete is niet bekend.