Plannen rond voor renovatie gebouw De Nederlandsche Bank
De plannen voor renovatie van het gebouw van De Nederlandsche Bank (DNB) aan het Frederiksplein zijn rond. Eind juni werd het definitieve ontwerp goedgekeurd. Naast de omvorming tot een duurzaam gebouw moet DNB ook een toegankelijk gebouw worden. Als alles straks klaar is, is het gebouw niet langer een onneembare vesting, maar een plek waar Amsterdammers – en andere Nederlanders – kunnen flaneren en bijvoorbeeld genieten van de kunstwerken die in het bezit zijn van DNB.
Met enige regelmaat hamert De Nederlandsche Bank erop dat banken moeten waken voor de risico’s van klimaatverandering. Banken besteden hier op verschillende manieren aandacht aan. Door hun investeringsportfolio te vergroenen, maar ook door zelf te gaan zetelen in hele energiezuinige gebouwen. Het onderkomen van DNB – stammend uit de jaren 50 – raakte wat dat betreft steeds verder achterop. Het werd tijd voor vergroening, mede om zelf ook het goede voorbeeld te kunnen geven. Zodra de goudvoorraad weg is, is de weg vrij voor werklui om aan de slag te gaan.
De werknemers van DNB opereren inmiddels al een tijdje vanaf de Spaklerweg, in Amsterdam-Oost. De toezichthouder deelt het Tooropgebouw samen met Nationale-Nederlanden, een partij waarop het toezicht moet houden. Er zijn echter strikte maatregelen genomen om te zorgen dat werknemers van beide organisaties elkaar niet kunnen tegenkomen, onder meer door gescheiden ingangen en gescheiden liften.
Twee dingen zijn erg belangrijk voor het vernieuwde hoofdkwartier van DNB: het moet energiezuinig zijn en het moet een open en toegankelijk karakter krijgen. Wat betreft dat eerste is de doelstelling om het nieuwe pand met 95% minder energie toe te laten kunnen. Sinds de jaren 50 is er bouwtechnisch veel veranderd, niet in de laatste plaats op het vlak van duurzaamheid. Naast energiezuinig komt er ook veel ruimte voor groen, maar dan in letterlijke zin. Veel groen zorgt naast een frisse uitstraling ook voor een betere warmteverdeling in de zomer, het gebouw staat immers in een stedelijke omgeving waarin de warmte normaal gesproken van de ene gevel naar de andere gevel kaatst.
Open toegankelijk
Open en toegankelijk is een tweede doelstelling. Veel Nederlanders hebben van DNB de perceptie van een gesloten bastion. In een interview met de Volkskrant zegt divisiedirecteur bedrijfsvoering Maaike van Leuken hierover: “Wie zich om veiligheidsredenen afschermt van de samenleving, wordt als vanzelf ook steeds geslotener. Het is bijna een selffulfilling prophecy. Je kunt de toestand ook andersom, ook positief formuleren. Wie de hekken weghaalt, stelt zich open voor de stad. En daar wordt de bank beter van.”
Die toegankelijkheid uit zich onder meer in de locatie van de nieuwe ingang. Nu is die nog gelegen aan de westkant van het gebouw, aan de straat Westeinde. ‘Een betrekkelijk obscure plek’, aldus de Volkskrant. De entree verhuist naar de noordkant, aan het Frederiksplein, de eigenlijke voorkant van het gebouw. Nog een mooi detail is dat de oude goudkluis tot ‘vrijstaande, theatrale ruimte’ gemaakt. De fraaie symboliek is dat wat eens de meest beveiligde en geheime plek van het gebouw was, straks de meest open en uitnodigende plek wordt. Aan de waterkant – de zuidkant – verrijst nog een publieke kade met omsloten binnentuin. Daar komen hedendaagse kunstwerken te hangen die in het bezit zijn van DNB.
Of DNB niet zou moeten verhuizen naar een volledig nieuw pand ergens aan de Zuidas, daar waar het grote geld zit en diverse financiële instellingen hun hoofdkantoor hebben? “Daar horen wij niet. Wij zijn niet van de commerciëlen. Wij houden toezicht op banken. Wij zijn de centrale bank van Nederland. Wij zijn van het volk. Het is ondenkbaar dat je zo’n jong monument gaat afbreken om ergens in de polder opnieuw te beginnen. De Nederlandsche Bank hoort letterlijk met zijn fundament in het midden van de samenleving te staan”, antwoordt Van Leuken gedecideerd.
Lees ook:
ING’s nieuwe hoofdkantoor Cedar is geopend
Remontabel kantoor Triodos Bank is nieuw hoofdstuk in bouwcultuur