Rabobank: 3 scenario's Nederlandse economie

05 december 2016 Banken.nl 5 min. leestijd
Profiel

Rabobank heeft zijn jaarlijkse visie op de economische ontwikkelingen voor de komende jaren gepubliceerd. De bank verwacht voor 2017 een Nederlandse economische groei van 1,8%. Voor de jaren daarna heeft Rabobank drie verschillende scenario’s opgesteld: doormodderen (1,4% groei per jaar), de vierde industriële revolutie (2,3%) en het pessimistische ‘deglobalisering’ (0,3%).

De economische vooruitzichten voor zowel Nederland als de rest van de wereld zijn onzeker, stellen de economen van de Rabobank. Internationale ontwikkelingen zoals de verkiezing van Donald Trump als nieuwe president van de Verenigde Staten en de uitslag van het Brexit-referendum hebben er voor gezorgd dat de onzekerheid alleen maar groter geworden is. In zijn Visie 2017 stelt de Rabobank dat het tijd is dat de overheid werk gaat maken van de structurele weeffouten in de Nederlandse economie op het gebied van pensioenen, arbeidsmarkt, zorg en woningmarkt. De economen schrijven: “De kleine haarscheurtjes van nu kunnen bij zwaarder economisch leiden tot grote barsten en erger. Nu haarscheurtjes repareren kan een efficiënte manier zijn om dit te voorkomen.”

In de Visie 2017 geven de economen van Rabobank aan dat zij verwachten dat eind 2016 de Nederlandse economie zal zijn gegroeid met 2,0% ten opzichte van 2015. Voor 2017 voorzien zij een iets minder sterke groei van 1,8%. Hans Stegeman, hoofdeconoom Nederland van de Rabobank: “De Nederlandse economie doet het dit en komend jaar iets beter dan het Europese gemiddelde. Dat komt onder meer door de opleving van de huizenmarkt en het herstel op de arbeidsmarkt.” Voor de periode na 2017 wordt het volgens hem echter minder zeker hoe de Nederlandse economie zich zal ontwikkelen. “Nederland blijft een kleine open economie. De internationale onzekerheden zijn met de verkiezing van Donald Trump tot Amerikaanse president alleen maar toegenomen en daarmee ook de onzekerheden rondom de verwachtingen voor na 2017.”

Doormodderen, Industriële Revolutie of Deglobalisering

Voor de periode van 2018 tot 2023 hebben de Rabo-economen drie scenario’s opgesteld. In het eerste scenario, genaamd Doormodderen, worden de structurele problemen niet aangepakt en is er geen sprake van visionair beleid. Als “het blijft doormodderen zoals we het de afgelopen jaren ook gehad hebben, in een internationale context, dan komen we voor Nederland uit op een gemiddelde economische groei van 1,4%”, vertelt Stegeman.

Het tweede scenario, de Vierde Industriële Revolutie, is het meest optimistisch van de drie. Stegeman vertelt: “In ons scenario Vierde Industriële Revolutie blijkt dat we de productiviteitswinsten van de huidige technologische ontwikkelingen hebben onderschat en nemen de Nederlandse en Duitse overheid maatregelen om innovatie en ondernemerschap te stimuleren, onder meer door een stevige begrotingsimpuls. De jaarlijkse groei in genoemde periode komt hierin in Nederland uit op 2,3 procent en ook in de rest van de eurozone neemt de groei toe.”

Tot slot is er het minst optimistische scenario, genaamd Deglobalisering. In dit scenario neemt het protectionisme in de wereld sterk toe en is er nauwelijks bereidheid meer voor internationale samenwerking, met alle gevolgen van dien voor de wereldhandel. In Nederland zal dit ervoor zorgen dat de economische groei beperkt blijft tot 0,3%. “De bandbreedte van de scenario’s lijkt fors”, vertelt Stegeman, “maar de beperkte economische groei in het scenario Deglobalisering is nog altijd hoger dan het gemiddelde in Nederland in de periode sinds de Grote Financiële Crisis.”

Uit de drie scenario’s is een aantal knelpunten van onze economie te distilleren. Stegeman: “De schade op de Nederlandse arbeidsmarkt valt in de scenario’s nog mee. Belangrijke reden hiervoor is natuurlijk de vergrijzing.” Maar volgens Stegeman is dit geen reden om geen actie te ondernemen. “Het grote verschil tussen zzp’ers en ‘vaste’ krachten blijft bijvoorbeeld zonder beleid een probleem. En in Vierde Industriële Revolutie blijkt dat het aanpassingsvermogen van mensen te klein zal zijn, zodat voor sommige groepen langdurige werkloosheid op de loer ligt.”

Daarnaast valt de ontwikkeling van het besteedbare inkomen tegen, stellen de economen. “Zelfs in het scenario Vierde Industriële Revolutie is de toename van de koopkracht beperkt. Dit heeft alles te maken met het feit dat we in Nederland zaken collectief hebben ingericht.” Het relatief lage vrij beschikbare inkomen van Nederlandse huishoudens komt enerzijds doordat er veel vermogen vastzit in huizen en pensioenen, terwijl anderzijds zaken als zorg collectief worden gefinancierd. Volgens Stegeman is het, ongeacht het scenario, “raadzaam om de Nederlandse instituties rondom pensioen, zorg en het eigenwoningbezit aan te passen.”