ABN AMRO publiceert opnieuw rapport over mensenrechten
ABN AMRO publiceert voor de tweede keer een rapport over mensenrechten, meer in het bijzonder over de manier waarop de bank al dan niet vooruitgang heeft geboekt in het naleven van mensenrechten in de bedrijfsvoering. Volgens de bank vormen mensenrechten één van de speerpunten in het duurzaamheidsbeleid van de bank.
Duurzaam, het woord kan veel dingen betekenen. Vaak denkt men meteen aan duurzame energie of iets dat lang meegaat, een duurzaam kledingstuk bijvoorbeeld. Het woord herbergt echter meerdere betekenissen, zowel op economisch als op maatschappelijk vlak. Op maatschappelijk vlak gaat het dan al snel over mensenrechten, meer in het bijzonder privacy, arbeidsrechten of het recht op non-discriminatie. In een nieuw rapport beschrijft ABN AMRO welke maatregelen het sinds 2011 heeft genomen om kwetsbare groepen te beschermen dan wel te ontzien.
Particuliere schulden in de kiem smoren
De maatregelen uit het rapport richten zich zowel op klanten als mensen waar de bank geen directe connectie mee heeft, maar bijvoorbeeld wel via investeringsconstructies. ABN AMRO-klanten zijn een voorbeeld van een groep waar de bank een directe link mee heeft. De bank kan dus ook vrij snel zien of iemand mogelijk in de gevarenzone zit wat betreft de financiële huishouding. Door in een vroeg stadium in contact te treden kan erger voorkomen. Dit raakt natuurlijk ook aan privacy-regelgeving, want in welke mate en wanneer precies is het geoorloofd om iemands data te gebruiken voor een dergelijke maatregelen?Volgens ABN AMRO heeft de afdeling die verantwoordelijk is voor het in de kiem smoren van betalingsachterstanden een slaagpercentage van tenminste 97%. De resterende (maximaal) 3% besteedt de bank uit aan Intrum, een bedrijf dat schulden overneemt en ook de incasso uitvoert. De bank benadrukt echter dat het klanten van ABN AMRO blijven en dat het regelmatig aan de tafel zit om excessieve praktijken of tarieven te voorkomen.
Eigen medewerkers
ABN AMRO-medewerkers zijn een ander voorbeeld van een groep die direct met de bank in contact staat. Het mag voor zich spreken dat de bank een goed werkgever wil zijn en zich houdt aan internationale arbeidsrechtelijke afspraken. De bank wil een open cultuur creëren waarin iedereen zichzelf kan zijn. Dat klinkt misschien eenvoudig, maar de praktijk is soms weerbarstig, alle goede voornemens in een charter ten spijt. Met zichzelf kunnen zijn worden ook minderheidsgroepen bedoeld, zoals mensen uit een andere cultuur, met een andere geaardheid of met een verstandelijke of fysieke beperking. Ofwel, het nastreven van diversiteit in algemene zin.
Link via investeringen
De groep mensen waarmee de bank niet direct in contact staat is natuurlijk vele malen groter. Bijvoorbeeld werknemers van zakelijke klanten die geld lenen van ABN AMRO. Via het Platform Living Wage Financials (PLFW) kan de bank via zijn beleggingsportefeuille extra invloed uitoefenen op bedrijfsvoeringen. Heel concreet kan dat resulteren in het verplichten van bedrijven om geen gebruik te maken van kinderarbeid, ‘normale’ arbeidstijden te hanteren en arbeidsrechten te respecteren.
"Hoewel zelf niet direct betrokken bij de Dakota Access Pipeline, was een bedrijf dat financiering ontving van de bank dat wel."
Dat ABN AMRO - of willekeurig welke bank - de praktijk ter plaatse niet altijd direct in eigen hand heeft bleek in 2017. De bank beschrijft in het rapport de commotie rond de aanleg van een oliepijpleiding door een Sioux-reservaat in de V.S. Hoewel zelf niet direct betrokken bij de Dakota Access Pipeline, was een bedrijf dat financiering ontving van de bank dat wel. De bank stopte aldus de financiering. Later dat jaar ijverde de bank samen met collega-banken voor een verduidelijking van de zogeheten Equator Principles, een framework dat regels opstelt waaraan projecten moeten voldoen in termen van een respectvolle omgang met de (sociale) omgeving ter plaatse.
Nog lange weg te gaan
Kees van Dijkhuizen, CEO ABN AMRO: "Ik ben trots op de stappen die we al hebben gezet. Tegelijkertijd ben ik me ervan bewust dat de weg van theorie naar praktijk nog lang is en niet zonder tegenslagen. Hoewel er nog meer moet gebeuren om de mensenrechten te beschermen, ben ik hoopvol gestemd. Dat optimisme wordt vooral gevoed door de samenwerking die we binnen en buiten de bank hebben gezien en ervaren."