NN Bank begint aan volgende fase compensatieregeling
Nationale-Nederlanden Bank is gestart met de compensatie variabele rente doorlopend krediet. Klanten van de bank die in aanmerking komen voor de compensatie ontvangen in november een brief waarna ze online de berekening van hun compensatie kunnen bekijken. Het is bijna een jaar geleden dat NN Bank zijn compensatieregeling aankondigde.
De compensatieregeling geldt vanaf 1 december 2001: vanaf deze datum berekent Nationale-Nederlanden Bank het bedrag dat de klant daadwerkelijk aan rente heeft betaald. Vervolgens wordt dit vergeleken met het bedrag dat de klant had betaald als het krediet de marktrente had gevolgd. De compensatieregeling van NN Bank houdt ook rekening met rente op rente.
Klanten bij wie het verschil meer is dan €50, hebben recht op compensatie. De compensatieregeling geldt zowel voor huidige klanten als voor klanten van wie het contract al is afgelopen. Ook klanten van rechtsvoorgangers van Nationale-Nederlanden, waaronder Delta Lloyd en OHRA, kunnen in aanmerking komen voor compensatie.
De bank legt uit dat het een online omgeving heeft gecreëerd waar klanten de berekening van hun compensatie kunnen bekijken. Klanten waarvan de actuele adresgegevens bekend zijn, ontvangen een brief zodra de berekening klaar staat. Nadat de klant akkoord gaat met de compensatie, wordt het geld uitgekeerd of verrekend met het nog uitstaande saldo.
Het is de bedoeling dat alle klanten aan het einde van het tweede kwartaal van 2023 zijn benaderd van wie actuele contactgegevens bekend zijn. Daarnaast start in het eerste kwartaal van 2023 een campagne om oud-klanten, van wie de gegevens niet voorkomen in de administratie, uit te nodigen om een aanvraag van de compensatie te starten.
Oorsprong
De oorsprong van de compensatieregeling is te herleiden naar een uitspraak van het Kifid in 2021 over een conflict tussen ABN AMRO en een klant. Het klachteninstituut oordeelde dat de klant te veel rente had betaald over een doorlopend krediet met een variabele rente die de klant tussen 2010 en 2018 had. Waar de bank in die periode zelf moest betalen daalden, gebeurden dit niet met de tarieven die de bank moest betalen.
Het Kifid stelt dat banken de marktrente moeten bepalen aan de hand van rentes die De Nederlandsche Bank en het Centraal Bureau voor de Statistiek publiceren. Hoewel ABN AMRO beweerde dat deze rentes ongeschikt zouden zijn als referentiepunt, ging de Commissie van Beroep van het klachteninstituut hier niet in mee.
