ABN AMRO verwacht toename voedselprijzen door meenemen milieuschade

31 oktober 2018 Banken.nl 4 min. leestijd
Profiel

Volgens economen van ABN AMRO staan Nederlanders substantiële prijsstijgingen te wachten op het gebied van voedsel. De bank zou graag zien dat in de prijzen voor voedsel milieukosten doorberekend worden, de zogeheten True Cost Accounting (TCA). TCA staat volgens deskundigen steeds meer in de belangstelling om het milieu te sparen. Uit onderzoek blijkt dat 37% van de Nederlanders het plan steunt, 25% niet en is er een meerderheid die daartussen zweeft.

Wie de voedselprijzen in Nederland vergelijkt met andere landen zal al snel ontdekken dat de prijzen in onze supermarkten alleszins redelijk zijn. Neem bijvoorbeeld buurland België of alpenland Zwitserland. Wie daar een kar vol eten afrekent zal snel heimwee naar de Nederlandse supermarkt krijgen. Volgens ABN AMRO is de kans aannemelijk dat dat gaat veranderen, doordat er steeds meer belangstelling komt om schadelijke milieu-effecten door te gaan berekenen in de prijs. Dat fenomeen wordt True Cost Accounting (TCA) genoemd.

Wanneer consumenten hun mandje of karretje volgooien is de prijs doorgaans het eerste waar mensen aan denken. En dat is op zichzelf ook te begrijpen. Dat de productie van voedsel schadelijke effecten heeft op de omgeving is niet iets waar de gemiddelde consument direct aan denkt bij het opsporen van de ingrediënten voor de lasagne van die avond. Neem bijvoorbeeld het watergebruik voor de teelt van gewassen, het gebruik van bestrijdingsmiddelen op die gewassen, verzuring van de bodem als gevolg van mestoverschot of mensen die kampen met q-koorts en als gevolg in de medische molen terecht komen. Met TCA worden zowel de positieve als negatieve impact van een bedrijf op de omgeving inzichtelijk gemaakt. Zo wordt ook meteen duidelijk welke bedrijven en welke producten relatief vervuilend zijn en dus in prijs zouden moeten stijgen om tegenmaatregelen van te financieren.

Biologisch goedkoper?

Nu bestaan er al producten waar de druk op het milieu wel (of meer) in de prijs verwerkt zit, de biologische producten. Voor bemiddelde Nederlanders is dat niet zo’n probleem, maar een grote groep mensen kan zich niet veroorloven om enkel biologische producten te kopen. Het klinkt in eerste instantie paradoxaal, maar volgens ABN AMRO is de maatschappelijke prijs van ‘gewone’ producten hoger dan die van biologische. Bijvoorbeeld een hectare niet-biologische bloemkool. Die kost de samenleving €681, vooral aan uitstoot van broeikasgassen en slechtere waterkwaliteit. De teelt van een hectare biologische bloemkool kost €360. Waarbij dus meteen duidelijk wordt dat productieprijs iets heel anders is dan maatschappelijke prijs.

ABN AMRO verwacht toename voedselprijzen door meenemen milieuschade

Gaan consumenten betalen voor milieu- of omgevingsschade door voedselproductie? Volgens ABN AMRO wel. De bank ondervroeg een groep Nederlanders hoe zij daar tegenover staan. Volgens de bank zijn consumenten bereid om een gemiddelde prijsstijging van maximaal 9,6% te accepteren. Van de groep die niet meer wil betalen zegt ruim een kwart (28%) het niet te kunnen, ook ruim een kwart (28%) het niet nodig te vinden en exact een kwart dat de supermarkt maar met minder marge genoegen moet nemen.

Interessant is ook de vraag of er nog verschil zit tussen producten in termen van bereidheid om meer te betalen. Ruim de helft wil meer betalen voor aardappelen, groente en fruit als de biodiversiteit rond akkers daarmee verbetert. Voor zuivelproducten (41,6%) en sappen en frisdranken (38,5%) liggen die getallen een stukje lager.

Financiële ruimte voor innoveren

Door schadelijke milieu-effecten door te gaan berekenen in de voedselprijzen komt er volgens ABN AMRO meer financiële ruimte vrij voor bedrijven om te innoveren in de productieketen. Met een nadruk op minder milieubelastend produceren.

“TCA is nog in ontwikkeling, maar wij beschouwen het als een belangrijke methode om alle positieve en negatieve maatschappelijke effecten van een voedselproduct een geldwaarde te geven en vervolgens tegen elkaar af te wegen. Vervuilende producten krijgen dan per saldo een hoger prijskaartje en worden hierdoor minder aantrekkelijk. Dit kan direct worden doorberekend in de prijs in de supermarkt, maar kan ook dienen als ‘schaduwprijs’. Op basis van deze schaduwprijs kunnen boeren, verwerkers en supermarkten in gesprek gaan om concrete verduurzamingsacties te formuleren”, vertelt Rob Morren, sector banker Food van ABN AMRO.