DNB wil grotere kapitaalbuffers voor als woningmarkt instort

16 oktober 2019 Banken.nl 2 min. leestijd

Nieuwe regelgeving van De Nederlandsche Bank (DNB) omtrent de risicoweging van hypothecaire leningenportefeuilles leidt er toe dat banken volgend jaar grotere kapitaalreserves in huis moeten hebben. DNB sorteert hiermee voor op een mogelijke daling van de huizenprijzen, waarbij de verliezen voor banken op hypotheken fors op zouden kunnen lopen. 

De huizenprijzen zijn de afgelopen jaren hard gestegen in Nederland. In sommige delen van het land misschien met enkele procenten, maar in de grote steden gaat het vaak om tientallen procenten. Dat heeft ertoe geleid dat veel consumenten aan de maximale leencapaciteit hebben geleend, temeer omdat de inkomens beslist niet even hard zijn meegegroeid. DNB vreest de weerbaarheid van banken als de huizenprijzen ineens fors dalen. Banken moeten daarom met hogere risicowegingen voor hypotheken gaan rekenen. 

Volgens de centrale bank behoren de huidige risicowegingen tot de laagste in de EU. De betaalmoraal is in Nederland altijd goed op orde geweest en zelden is het in het verleden zo geweest dat banken op Nederlandse hypotheken fors hebben verloren. DNB stelt echter dat de systeemrisico’s - door de snelle stijging van de huizenprijzen in de afgelopen jaren - zodanig zijn toegenomen dat de bestaande risicoweging onvoldoende is. DNB verhoogt daarom met ingang van het najaar van 2020 de risicoweging van 11% naar 14% à 15%. In de praktijk komt het erop neer dat banken gezamenlijk zo’n €3 miljard extra kapitaal moeten aanleggen. 

Stresstesten

DNB geeft aan dat met behulp van modellen is berekend hoe banken een ineenstorting van de huizenmarkt zou treffen. Daarover zegt de centrale bank: “Stresstesten wijzen uit dat in een zwaar-weer scenario de verwachte verliezen van banken op hypotheken fors kunnen oplopen, als de kans op wanbetaling toeneemt door bijvoorbeeld een sterke stijging van de werkloosheid, en tegelijkertijd de waarde van het onderpand door de huizenprijscorrectie sterk daalt.” 

Vorig jaar stelde DNB-president Klaas Knot al eens dat het goed zou zijn als men in Nederland toe zou gaan werken naar een lagere maximale loan-to-value waarde. Maximaal 90% en liefst eigenlijk nog lager. Een lagere loan-to-value zou Nederland meer in de Europese pas doen lopen en Nederlandse huishoudens minder kwetsbaar moeten maken voor schommelingen op de huizenmarkt. “We vragen in alle sectoren om buffers en weerbaarheid. Bij overheidsfinanciën, bij de banken. Waarom dan niet bij de huishoudens zelf?”, aldus Knot destijds.