'Het is belangrijk dat beleggende klanten weten waar ze aan toe zijn'
In de transitie naar een duurzame economie, moeten beleggers beter weten wat duurzaam is en wat niet. De EU ontwikkelde daarom een taxonomie: ‘s werelds eerste classificatiestelsel voor duurzame economische activiteiten. Sommige beleggingsdienstverleners, waaronder banken, moeten echter al vanaf augustus 2022 de ‘duurzaamheidsvoorkeuren’ van klanten uitvragen. Wat niet betekent dat zij dan al (duurzaam) taxonomie-beleggen. Hoe leg je dat uit?
Robert Jan Prins van de Nederlandse Vereniging van Banken (NVB) en Randy Pattiselanno van Dutch Fund and Asset Management Association (DUFAS) ontwikkelden samen met hun leden heldere klantinformatie - voor het gesprek tussen bank en klant. Dit artikel is eerder verschenen in Bank | Wereld Online, een uitgifte van de Nederlandse Vereniging van Banken.
Wat is de EU Taxonomie en wat is het doel?
Robert Jan Prins (beleidsadviseur financiële markten bij de NVB): “De taxonomie kun je zien als een soort ‘duurzaamheidsencyclopedie’. Het creëert een gemeenschappelijke taal en een definitie van wat ‘duurzaam’ is. De taxonomie is opgesteld door onafhankelijke specialisten, (meestal) op basis van wetenschappelijke inzichten. De taxonomie zal bepalen wat duurzame economische activiteiten zijn, verdeeld over zes categorieën, bijvoorbeeld klimaatmitigatie of -adaptatie."
"Banken zullen vanaf augustus aan de slag gaan het met uitvragen van duurzaamheidsvoorkeuren. In deze uitvraag zal de taxonomie mogelijk een belangrijke rol gaan spelen. Met hulp van onder meer de taxonomie moeten beleggingsdienstverleners vervolgens de duurzaamheidsvoorkeuren van klanten kunnen ‘koppelen’ aan beleggingsproducten. Dit zal stapsgewijs gebeuren.”
Hoe duurzaam is de EU Taxonomie zelf?
Randy Pattiselanno is manager strategy & regulatory affairs bij DUFAS: “De taxonomie is ‘under construction’ en zal zich in de loop der tijd verder ontwikkelen. Er wordt bijvoorbeeld nog hard gewerkt aan een uitgebreider classificatiesysteem, zoals voor bijvoorbeeld de zogenaamde sociale taxonomie die toeziet op goed werkgeverschap, mensenrechten en leefomstandigheden. Het systeem is momenteel nog zeker niet volledig, terwijl het al honderden economische activiteiten van een kwalificatie voorziet."
"En wat volgens de taxonomie nu als duurzaam wordt gekwalificeerd, is aan verandering onderhevig. Over het classificatiestelsel voor en uitwerking van de eerste twee milieudoelen (klimaatmitigatie en -adaptatie) wordt nog steeds gediscussieerd of aardgas en/of kernenergie moeten worden meegenomen in de taxonomie. Dus wat nu of straks als ‘groen’ wordt gekwalificeerd, kan over vijf jaar een heel ander beeld oproepen. Of omgekeerd: zaken die nu niet geclassificeerd zijn als duurzaam, zijn dat over vijf jaar mogelijk wel. ”
Wat is belangrijk voor beleggers om te weten?
Prins: “Dat de uitvraag van duurzaamheidsvoorkeuren nog niet betekent dat je als belegger automatisch vanaf die dag belegt volgens de taxonomie. Daarvoor zijn beleggingsdienstverleners afhankelijk van veel gegevens, die eenvoudigweg nog niet (voldoende) beschikbaar zijn. Deze gegevens komen later mogelijk beschikbaar via nieuwe wettelijke regels, waarvan de SFDR (‘Sustainable Finance Disclosure Regulation’) en de uit te breiden Europese Taxonomie de meest bekende zijn. De meeste regels zijn echter nog niet ingegaan: veel gegevens zijn daardoor nog niet of maar beperkt beschikbaar voor beleggingsdienstverleners, of gebaseerd op schattingen.”
Pattiselanno: “De producten die moeten matchen met de duurzaamheidsvoorkeuren van de klant zijn - naast de Taxonomie-beleggingen - beleggingen die voldoen aan de definities van ’ ‘duurzame beleggingen’ en/of producten die rekening houden met de belangrijkste nadelige effecten op duurzaamheidsfactoren (‘Principle Adverse Impacts (PAI’s)). Nadelige effecten kunnen bijvoorbeeld zijn: CO2-uitstoot of schade aan biodiversiteit."
"Voor de klant betekent het dat er overlap kan zijn. Zo is een taxonomie-belegging in de regel ook een duurzame belegging. Omgekeerd hoeft dit niet zo te zijn, maar het kan wel. Financiële producten die nadelige effecten op duurzaamheidsfactoren (PAI’s) meewegen, kunnen een duurzame belegging zijn. Maar dat is niet altijd zo. Dit klinkt complex voor de gemiddelde belegger en dat is het in alle eerlijkheid ook.”
Waarom maakten jullie nu al informatie voor beleggende klanten?
Prins: “We denken dat de taxonomie een uitstekend hulpmiddel kan zijn voor duurzaam beleggen op de langere termijn. Maar hij is nog niet af en niet onomstreden. Het is belangrijk dat klanten weten waar ze aan toe zijn. Daarom ontwikkelden we samen met DUFAS voor banken een klantbrochure die iets meer helderheid geeft over het uitvragen van duurzaamheidsvoorkeuren. Want de transitie naar een echt duurzame economie gaat via de klant. ”
Pattiselanno: “De klantbrochure gaat met name ook om verwachtingsmanagement bij de klant. Het inwinnen van duurzaamheidsvoorkeuren van klanten betekent niet dat beleggingsdienstverleners meteen aan de klantvraag kunnen voldoen. Dit komt bijvoorbeeld door een gebrek aan beleggingen die voldoen aan de taxonomie. Daar gaat wel wat tijd overheen. Het is echter wel belangrijk die voorkeuren al te hebben vastgelegd.”