DNB sleept ‘naamdoppelgänger’ voor de rechter
De Nederlandsche Bank heeft de Nederlandse dochteronderneming van de Vietnamese bank DNBC voor de rechter gesleept. De naam zou te veel op die van de toezichthouder lijken. DNB noemt het gebruik van de naam ontoelaatbaar – het zou niet alleen zijn reputatie aantasten, het zou bovendien voor verwarring onder het publiek zorgen.
Het Financieele Dagblad schrijft dat een delegatie van de toezichthouder tijdens een zitting van de voorzieningenrechter in Amsterdam een verbod eiste op het gebruik van de naam DNBC, “op straffe van een dwangsom van €500.000”.
De verontwaardiging van DNB kan grotendeels verklaard worden aan de hand van het dienstenaanbod van DNBC. Het FD schrijft dat de toezichthouder er achter kwam dat de Vietnamese bank zijn klanten via een app aanbiedt geld te stallen in diverse belastingparadijzen, waaronder Belize, de Kaaimaneilanden, Anguilla, de Bahama’s en Panama.
Als toezichthouder treedt DNB juist actief op tegen dergelijke praktijken, waardoor men van mening is dat de merknaam DNBC afbreuk doet aan de functies van het merk DNB. Het gebruik daarvan dient daarom dan ook zo “spoedig mogelijk” gestaakt te worden.
De bank DNBC is als onderdeel van de Europese tak van het Vietnamese moederbedrijf BIN Corporation Group pas sinds augustus dit jaar actief in Nederland. Omdat het Europese hoofdkantoor in Litouwen is gevestigd, beschikt DNBC over een ‘Europees paspoort’, waardoor het zonder aanmeldproces bij de lokale toezichthouder zaken mag doen in andere Europese landen.
