Resultaten Q1 geven Zalm vertrouwen in de toekomst
De resultaten van ABN AMRO in het eerste kwartaal van 2015 geven bestuursvoorzitter Gerrit Zalm vertrouwen in de toekomst.
Belangrijkste resultaten eerste kwartaal 2015
- De onderliggende nettowinst over het eerste kwartaal van 2015 steeg met 44% ten opzichte van hetzelfde kwartaal in 2014
- De onderliggende cost/income ratio verbeterde van 58% naar 56% en het onderliggend rendement op eigen vermogen van 11% naar 14%
- De kredietvoorzieningen daalden met 30%, vooral bij hypotheken
- De Common Equity Tier 1 ratio (CET1 ratio) op ‘fully loaded’-basis (bij een volledige toepassing van Basel III) stond op 14,2%, ruim boven de gewenste bandbreedte
Goede onderliggende resultaten
Bestuursvoorzitter Gerrit Zalm: “In financieel opzicht begon het jaar 2015 goed, met een nettowinst over het eerste kwartaal van €543 miljoen, het hoogste resultaat van de afgelopen 16 kwartalen. De onderliggende nettowinst in het eerste kwartaal verbeterde met 44% ten opzichte van het jaar ervoor en het rendement op eigen vermogen steeg van 11% naar 14%, dankzij een toename van het operationeel resultaat en een daling van de voorzieningen. De inkomsten verbeterden met 9% in vergelijking met het eerste kwartaal van 2014. Voor het eerst in twee jaar tijd zien we een voorzichtige stijging van het aantal kredietaanvragen door kleine ondernemingen terwijl het aantal acceptaties in de afgelopen drie kwartalen al hoger was."
Stijging operationele lasten, maar verbetering C/I ratio
Zalm: “De operationele lasten stegen met 7% ten opzichte van het eerste kwartaal van 2014 als gevolg van hogere pensioenlasten, investeringen om onze slagvaardigheid en efficiency in de toekomst te verhogen, en een reorganisatievoorziening bij Corporate Banking. Desondanks verbeterde onze cost/income ratio van 58% naar 56%. Bij een evenredige verdeling van de wettelijk verplichte bijdragen over de vier kwartalen (naar verwachting rond de €250 miljoen, deze worden in de tweede helft van dit jaar geboekt), komt de cost/income ratio uit op ongeveer 59% en het rendement op eigen vermogen op ongeveer 12.5%.”
Verbeterde kapitaalpositie
“De kredietvoorzieningen daalden, met name voor de Nederlandse hypotheekleningen portefeuille. Onze kapitaalpositie versterkte verder, naar 14,2% (bij een volledige toepassing van Basel III). Dit is ruim boven de gewenste bandbreedte van 11,5-12,5% en geeft ons een buffer voor mogelijke wetswijzigingen over risicoweging”, aldus Zalm.
Spijt van compensatieregeling Raad van Bestuur
Zalm: “Het eerste kwartaal werd ook gekenmerkt door de publiciteit rondom de compensatie voor de afschaffing van de variabele beloning van de Raad van Bestuur. We betreuren oprecht de verhoging van het vaste salaris en de impact die dit heeft gehad op onze klanten, ABN AMRO en medewerkers, en andere belanghebbenden. Om deze reden hebben we de verhoging teruggedraaid. We begrijpen dat er tijd nodig zal zijn om het vertrouwen in ABN AMRO te herstellen en zullen hier hard aan werken, door elke dag weer het klantbelang centraal te stellen.”
Vertrouwen in de toekomst
“Al met al geven de door ons behaalde financiële resultaten mij vertrouwen in de toekomst. De economische omstandigheden hebben ertoe bijgedragen dat we vooruitgang blijven boeken in het behalen van onze doelstellingen, en als altijd zijn het onze mensen en onze klanten die het verschil maken”, aldus Zalm.