Minister Hoekstra antwoordt: Autoriteit Persoonsgegevens bepaalt wat wel en niet kan

10 juli 2019 Banken.nl 3 min. leestijd

Het is aan de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) om te bepalen of banken die klantgegevens inzetten voor gepersonaliseerde reclame wel of niet volgens geldende privacy-wetgeving handelen. Dat stelt minister Hoekstra van Financiën op Kamervragen van PvdA-Kamerlid Henk Nijboer

Niet lang nadat ING aankondigde klantgegevens te willen analyseren en gebruiken voor het sturen van gepersonaliseerde advertenties barstte de commotie los. Op sociale media was de teneur voornamelijk negatief en in de Kamer zag Henk Nijboer van de PvdA zich genoodzaakt om aan de bel te trekken. De Autoriteit Persoonsgegeven mengde zich in de debatten door te stellen dat banken het betaalverkeer van klanten niet mogen analyseren voor reclame. 

De hoofdvraag van Nijboer aan de minister was in welke mate de voorgenomen werkwijze van ING in overeenstemming is met geldende wet- en regelgeving en gedragscodes. Volgens Hoekstra is het aan de daartoe bevoegde toezichthouder om over te oordelen, de Autoriteit Persoonsgegevens (AP). Hoekstra: “De Autoriteit Persoonsgegevens is de bevoegde toezichthouder ten aanzien van de AVG. Het is dan ook niet aan mij, maar in eerste instantie aan de AP (en uiteindelijk eventueel de rechter) om te bepalen of de werkwijze van ING in overeenstemming is met de privacywetgeving."

De letterlijke woorden van de AP waren dat banken betaalgegevens niet ‘zomaar’ mochten gebruiken. Maar wat is dan ‘zomaar’ en wat niet? De toezichthouder stuurde vorige week een brief naar de branchevereniging NVB met daarin de spelregels. Er lijkt dus enige ruimte voor interpretatie te zijn. Klantbelang zou een reden kunnen zijn op basis waarvan banken klantgegevens wel mogen inzetten voor gepersonaliseerde reclame. Een veelgehoord voorbeeld is het aanbieden van een reisverzekering nadat iemand een vakantie geboekt en betaald heeft. Minister Hoekstra erkent het potentiële voordeel voor klanten, maar benadrukt wel dat dit op een ‘eerlijke, transparante en proportionele’ manier moet gebeuren. 

Kaders toegelicht in brief

ING maakt het inzetten van betaalverkeer voorlopig nog niet tot staand beleid, ongetwijfeld door de commotie die ontstaan is. Het feit dat de oranje bank het breeduit aankondigde via de media zegt wel iets over de mate van transparantie. Of het eerlijk en proportioneel is, is iets wat de AP en de NVB mogen uitvechten. "In de eerdergenoemde brief van de AP aan de banken zijn de kaders toegelicht waar banken zich aan moeten houden bij een dergelijke gegevensverwerking", aldus Hoekstra. Ook voor ABN AMRO wordt dat interessant, want na een rondgang van de NOS bleek dat deze bank al enige tijd deed wat ING aankondigde van plan te zijn. Evenals ING via een opt-out constructie. De bank besloot al snel om voorlopig te stoppen met dit beleid.