Chris Buijink (NVB) over banken en de coronacrisis

12 mei 2020 Banken.nl 7 min. leestijd

Als voorzitter van de Nederlandse Vereniging van Banken (NVB) zijn het drukke tijden voor Chris Buijink. De coronacrisis vraagt veel van zowel de branchevereniging als de banken zelf. Buijink speelt daarin een centrale rol, waarvoor hij van het ene overleg naar het andere schakelt. Schakelt inderdaad, want vrijwel alles gebeurt via videoconferenties. Jeroen Broekema van de podcast Leaders in Finance spreekt met Buijink over deze buitengewoon turbulente tijd. 

Al vanaf het begin van de coronacrisis werkt een groot deel van het personeel van de banken thuis. Alleen enkele afdelingen die vallen onder de noemer ‘vitaal beroep’ zijn nog aanwezig op hun werkplek, die aangepast is aan de nieuwe realiteit. Maar hoe zit dat eigenlijk bij de NVB zelf en haar kantoor op de Amsterdamse Zuidas? 

Thuiswerken vs op kantoor

“Als je nu naar onze gezamenlijke werkplek zou gaan, dan zou je die leeg aantreffen. Want daar zit dus echt bijna niemand”, antwoordt Buijink. “Eens per week gaat een collega even poolshoogte nemen. Zelf ben ik er al die weken één keer geweest voor een bestuursvergadering via videocall. Verder werken we eigenlijk allemaal thuis.” Voor Buijink zelf is dat een hele gewenning. “Je wordt volledig uit je hele infrastructuur getrokken. Eigenlijk word je een kleine zelfstandige, je bent in je eigen huis aan het werk.”

Een veelgehoord misverstand is dat thuiswerken fijn en eenvoudig is. Buijink is zelf niet meer van de leeftijd dat hij kleine kinderen hoeft te vermaken, maar thuiswerken is toch een heel ander paar mouwen dan op kantoor werken. “Je zit steeds maar naar dat apparaat te turen of met de telefoon met oorknopjes in je oren aan je telefoon gekluisterd. En als je een aantal van die videocalls op een dag hebt, of sowieso calls, ik vind dat behoorlijk inspannend, moet ik zeggen.”

“Het zegt ook wat over de ICT-infrastructuur binnen de banken, maar ook in het land, dat massaal thuiswerken allemaal kan.”

Gastheer Jeroen Broekema vraagt in hoeverre de Nederlandse banken voorbereid waren op deze crisis. Buijink meent dat niemand volledig voorbereid heeft kunnen zijn op de huidige situatie. Overal bestaan scenario’s voor, maar een scenario waarbij bijna iedereen vanuit huis zou gaan werken? Daar is nauwelijks op in te spelen. Buijink: “Maar het werkt wel en ook de banken, de grootbanken, daar werkt 80-90% van de mensen van huis uit. Dat is in no time geregeld. De systemen doen het en dat is echt wel een prestatie van formaat. Het zegt ook wat over de ICT-infrastructuur binnen die banken maar ook in het land, dat het allemaal kan.”

De Nederlandse banken lieten al aan het begin weten onderdeel van de oplossing te willen en te kunnen zijn. “Waar wij samen voor gekozen hebben is om zo gauw mogelijk financiële lucht te kunnen bieden aan bedrijven waarvan omzetten en inkomsten wegvallen of instorten. In dezelfde week dat de overheid kwam met de maatregelen in half maart hebben wij en een aantal banken aangekondigd dat er een uitstel van aflossingen van financieringen van tweeënhalf miljoen zal komen voor een half jaar. En wij merken aan de reacties van klanten dat dat heel welkom was. Inmiddels is dat uitgebreid tot vijftig miljoen door een aantal banken.”

“Als je kijkt naar financieringen, de stand van vorige week – elke twee weken brengen we een corona-monitor uit, waar je het allemaal kan zien – zijn er sinds het begin 6.000 bedrijven die leningen en kredietruimtevoordeel hebben gekregen ter waarde van 3,8 miljard, zonder overheidsgarantie. Daarbij zijn nog eens een aantal honderden miljoenen gekomen met overheidsgarantie. Dus alles bij elkaar zeven miljard aan uitstelaflossingen, leningen en aanvullende kredietruimte.”

“Toen de borgstellingsregeling MKB half maart gelanceerd werd, was er een terugbetaaltermijn voorzien van twee jaar”, begint Buijink een voorbeeld van voortschrijdend inzicht. “Wij voorzien niet dat bedrijven in staat zullen zijn om binnen twee jaar weer helemaal terug te betalen. Dus we hebben daar vier jaar van gemaakt. En zo zit je voortdurend te sleutelen. Bij de toetsing van de terugbetaalcapaciteit van een bedrijf kijk je natuurlijk het liefst naar de prognoses van de omzet in de toekomst. Maar je kunt ook kijken naar de omzet die in het verleden gemaakt is. Op basis van ervaringen die we opdoen draaien we voortdurend aan allerlei schroefjes om de machinerie zo goed en zo soepel mogelijk te laten draaien in het belang van de klanten.” 

Zorgplicht belangrijk voor klant en bank

De zakken van zowel de overheid als de Nederlandse banken zijn als behoorlijk diep te beschouwen, iets dat nu extra van pas komt. ook toezichthouders DNB en ECB laten de teugels momenteel iets vieren, mede omdat de kapitaalbuffers als gezond worden beschouwd. 

Dat wil echter niet zeggen dat elke steunaanvraag zonder naar te kijken goedgekeurd wordt. “Je hebt de zorgplicht naar je klant. Kunnen ze zo'n lening wel aan? Is er straks ook terugbetaal-capaciteit? Is er wel toekomstperspectief? Maar ook de zorg naar de overheid, want die zet daar ook z'n geld op in. En natuurlijk moet je als klant ook geen onverantwoorde risico's nemen in deze situatie. We moeten immers nog door naar de volgende fase van hopelijk herstel, om dan onze rol te kunnen blijven spelen.” Ruimhartig, maar tegelijkertijd zorgvuldig. 

“Niemand zit er op te wachten dat deze gezondheidscrisis ook een financiële crisis wordt.”

Een interessante vraag is hoeveel risico de banken momenteel extra nemen ten opzichte van normaal. De kapitaaleisen zijn immers niet voor niets opgesteld op het niveau dat ze tot voor kort waren. “Niemand zit er immers op te wachten dat deze gezondheidscrisis ook een financiële crisis wordt”, stelt Broekema. 

“De ruimte zou niet gegeven zijn door de toezichthouders en ook breder in Europa om dit te doen als de banken er niet gewoon sterk voorstaan”, aldus Buijink. Dus die ruimte is er. Wel moet je op een verantwoorde manier bezig blijven, dat mag iedereen van ons verwachten. De banken kunnen dit aan, ook als wij nieuwe instrumenten in de markt gaan zetten of maatregelen nemen, dus uitstel van aflossingen. Dan hebben we daar natuurlijk ook contacten over met de toezichthouder om te laten zien dat we verantwoord bezig willen zijn en zijn. Dus daar maak ik me nu niet zo'n zorgen over. En binnen de banken zelf werken de checks en balances natuurlijk ook volop en wordt heel veel aan risicomanagement gedaan.”

Belang van eensgezindheid

Ondanks de inspanningen en welwillendheid van de Nederlandse banken klinkt vanuit de maatschappij toch ook regelmatig kritiek. De kredietverlening zou te langzaam gaan, mensen uiten hun ongenoegen over uitstel van dividend en het verwijt klinkt dat banken alleen maar geld verdienen aan deze crisis. Volgens Buijink komen er echter ook hele goede dingen voort uit de coronacrisis. 

“De eensgezindheid is groot en ook het besef dat we hier ook gewoon samen moeten laten zien wat de maatschappelijke betekenis is van banken, juist nu. Natuurlijk moeten banken individueel ook laten zien wat ze doen, maar iedereen hecht er ook een enorm belang aan dat we laten zien dat we samen optrekken en dat we daarmee laten zien dat we in deze situatie gewoon maximaal duidelijk willen maken wat onze rol is en hoe belangrijk die is en hoe goed die kan helpen, juist in een situatie zoals deze.”

Ten slotte benoemt Buijink de prioriteiten voor de komende tijd. Transparante informatievoorziening staat hoog op dat lijstje. “Alles moet zo transparant mogelijk zijn. Waar kun je voor wat terecht kan en hoe kun je goed doorverwijzen naar elkaar en naar de verschillende loketten. Daarom hebben we bijvoorbeeld inmiddels twee corona-monitors uitgebracht. Dat doen we om de twee weken, zodat we ook goed kunnen laten zien: Wat gebeurt er nu feitelijk? Waar staan we? Wat doen we?"