Aanscherping witwascontroles leidt tot meer geschillen over bankrekeningen

11 augustus 2020 Banken.nl 5 min. leestijd

Het in de laatste jaren sterk aangescherpte antiwitwasbeleid van Nederlandse banken leidt meer en meer tot juridische strijd over het al dan niet aanhouden van bankrekeningen. Dat blijkt uit een rondgang van zakenkrant FD onder diverse advocaten en banken. Daarbij valt het kwartje afwisselend de kant van de bank of juist van de klant uit. Banken verdedigen zich door te stellen dat ze moeten voldoen aan toezichteisen en niet betrokken willen zijn bij witwassen.

Het is een relatief nieuw perspectief waarmee gekeken wordt naar de toegenomen inspanningen van banken om witwassen tegen te gaan. Tot nu toe ging het vaak over een gebrek aan mankracht, de ontwikkeling van robotica of over de rol van poortwachter van het financiële systeem. Achter die façade gaat echter de dagelijkse realiteit schuil, een realiteit waarin banken en (vooral zakelijke) klanten steeds vaker tegenover elkaar komen te staan.   

Omvangrijke dossiers

Voor wie zich afvraagt hoeveel dossiers een CDD-analist wekelijks geacht wordt af te ronden, met twee à drie per medewerker zijn de grootbanken al redelijk tevreden. Dat zegt iets over de omvang van zulke dossiers, waarin allerlei stukjes informatie zitten die moeten onderbouwen dat een klant geen – of misschien juist wel – risico vormt. 

Het gevolg is vaak een stevige lijst van vragen richting ondernemers over bijvoorbeeld hun afnemers, hun aandeelhoudersstructuur of de herkomst van hun vermogen. Daarbij zijn zoveel smaken dat het voor analisten niet eenvoudig is om op de automatische piloot te werken. Los daarvan, ondernemers die niet duidelijk genoeg zijn in hun antwoorden lopen het risico dat hun rekening wordt opgezegd. Banken zouden ongetwijfeld willen dat ze meer mogelijkheden hebben om informatie te vergaren, maar lopen op tegen privacy-wetgeving.

Exacte cijfers zijn er niet, maar banken bevestigen aan het FD dat het de laatste jaren steeds vaker tot een juridisch geschil komt. “Deze rechtszaken vormen slechts het topje van de ijsberg”, aldus advocaat Hendrik Jan Bos van Oomen & Sweep advocaten in het FD. Hij benadrukt dat het lang niet altijd komt tot een rechtszaak, maar dat vaak geschikt wordt.  

Het FD deed aan wederhoor en sprak met de branchevereniging NVB. “In veel gevallen reageren klanten ook gewoon niet op de verzoeken of willen de informatie niet leveren”, citeert de zalmroze zakenkrant Yvonne Willemsen, hoofd veiligheidszaken bij Nederlandse Vereniging van Banken (NVB). “Dan zal de bank uiteindelijk toch tot beëindiging van de relatie over moeten gaan.”

Het is vooral de hoeveelheid informatie die zowel advocaten als ondernemers regelmatig een doorn in het oog is en lang niet altijd als proportioneel bestempeld wordt. De moeilijkheid zit hem onder meer in het feit dat een bank zich niet alleen moet verzekeren dat de klant in kwestie geen foute dingen doet, maar ook zijn zakenpartners niet. En dan kan de hoeveelheid informatie snel oplopen. Het is arbitrair hoeveel moeite een ondernemer exact moet steken in het verkrijgen van antwoorden die de bank wil hebben.  

Het FD laat ook Marcel Canoy aan het woord, een Nederlandse econoom die enkele jaren in de keuken van Rabobank mocht kijken en daarover een boek schreef. Hij zegt: “Banken zijn in een kramp geschoten. Natuurlijk is het goed dat ze uitgebreid klantonderzoek doen, maar nu wordt een enorme papierwinkel opgetuigd zodat ze aan de toezichthouder kunnen laten zien dat de hele checklist is afgevinkt.” 

Balans vinden niet eenvoudig

Het vinden van een balans tussen voldoende en teveel vragen stellen blijkt dus niet eenvoudig. Voor banken betreft het relatief onontgonnen terrein, evenals voor veel medewerkers. Ze missen wellicht nog een stukje ‘Fingerspitzengefühl’ om dat optimum vast te stellen. Aan de andere kant is het goed als ondernemers soms ook naar zichzelf zouden kijken. Eigendomsstructuren zijn niet zelden zo complex opgezet, dat de schijn van iets met opzet verborgen willen houden eraf druipt. 

Volgens Canoy is de kern van het probleem dat banken de letter van de wet moeten volgen en niet de geest. “Dat is ook niet zo vreemd als de politiek roept dat ze een zero tolerance beleid voeren tegen witwassen”, citeert het FD. De krant stipt terecht aan dat banken niet alleen het risico lopen op torenhoge boetes en schikkingen, maar dat politiek en maatschappij ook steeds vaker vragen om het ‘hoofd’ van bestuurders. Die zullen dus wel uitkijken om hun organisaties nog ‘in de geest van de wet’ te laten opereren. Het risico daarvan is natuurlijk dat men op een hellend vlak terecht kan komen, waarbij aan het begin van de week a nog binnen de geest van de wet valt en aan het eind van de week b, c en d ook.