Nederlands marktleider Stater ziet kansen in pan-Europese hypotheekmarkt

24 augustus 2022 Banken.nl 7 min. leestijd
Profiel

Het gaat goed met Stater. De hypotheekdienstverlener is onbetwist marktleider in Nederland en ziet onder de vleugels van strategisch partner Infosys ook kansen voor Europese groei. In de InMotion Talks-podcast sprak Dirk de Koning erover met Stater-CEO Erwin Dreuning en kersverse commissaris Frans van der Horst.

Begin dit jaar ging Frans van der Horst na ruim twee decennia ABN AMRO met welverdiend pensioen – hoewel hij dit woord zelf liever vermijdt: “Ik blijf wel dingen doen”, aldus de voormalig CEO van de retail banking-tak van de grootbank. Dat blijkt al uit zijn toetreding tot de raad van commissarissen van Stater, slechts enkele maanden na dat ‘pensioen’.

Bij zijn komst trof hij tot zijn genoegen een hypotheekdienstverlener aan die er goed voorstaat. Dat dit geen vanzelfsprekendheid is weet hij als geen ander. Vanuit zijn functie bij ABN AMRO – destijds moederbedrijf van Stater – had hij ruim tien jaar geleden ook al een toezichthoudende rol bij Stater.

Erwin Dreuning en Frans van der Horst - Stater

Gevraagd hoe groot het bedrijf toen was, antwoordt hij lachend: “Groot in de problemen.” Er was dan ook nogal wat gaande: “Geactiveerde software waar op de balans grote issues mee waren, veel klantenclaims en klantrelaties die wat onder druk stonden – als ik het netjes formuleer.”

De ommekeer

Dat Van der Horst er inmiddels om kan lachen illustreert de wederopstanding. In 2011 begon Erwin Dreuning als CEO en werd de ommekeer ingezet. Stater groeide van 800 naar 1.400 medewerkers en verzorgt via zijn platform momenteel ruim 40% van de Nederlandse hypotheekmarkt.

Dreuning dicht Van der Horst een belangrijke rol toe in het hervonden succes. “Ik vind oprecht dat Frans die eerste jaren geen toezichthouder was. Hij was gewoon een supporter van mij en de rest van het bestuur om dat bedrijf weer de goede kant op te brengen. Als bestuur moesten wij Stater een enorme transformatie laten doormaken en dan is de steun van de RvC ontzettend belangrijk. En die steun hebben we van Frans gekregen.”

Vandaag de dag bevindt Stater zich dus in heel wat rustiger vaarwater. Maar uiteraard spelen nog altijd tal van ontwikkelingen en uitdagingen. Zo heeft Stater sinds enkele jaren een nieuwe meerderheidsaandeelhouder.

“Toen ik in 2018 de toekomst van Stater met de aandeelhouder besprak, kwamen we tot de conclusie dat – door externe ontwikkelingen – een andere meerderheidsaandeelhouder goed was voor de klanten, voor Stater en voor ABN AMRO als aandeelhouder”, legt Dreuning uit.

Strategische partner

In het verkennen van de markt zochten Dreuning en zijn team nadrukkelijk een partij die Stater zag als strategische investering – níet een koper die op de korte termijn veel geld hoopte te verdienen.

“Het was voor mij een absolute voorwaarde dat het een partner zou zijn die ons zag als een industry investment en niet als financial investment”, aldus Dreuning. “Met andere woorden: een organisatie die onze strategische doelstellingen ondersteunt – een partij die, net als wij, investeert in het langetermijndoel en succes van Stater en niet gaat voor uitsluitend snel rendement.”

Die strategische partner werd gevonden in Infosys. Met een slordige 320.000 medewerkers kan de wereldwijd actieve IT-dienstverlener met recht een gigant in zijn markt worden genoemd, en de specialisatie van Stater vormt een waardevolle aanvulling op het aanbod van de multinational.

Dreuning: “Infosys is ingestapt als meerderheidsaandeelhouder met een duidelijke ambitie die helemaal in lijn is met onze eigen visie: vanuit de Nederlandse marktleider Stater een Europees platform ontwikkelen voor financiële hypothecaire services.”

Pan-Europese hypotheekmarkt

Zo ligt er voor Stater een mooie ambitie om de komende jaren aan te werken. “Dus het is nu weer spannend, maar dan anders spannend”, vergelijkt Van der Horst de huidige situatie met die van 2011. “Het is een andere uitdaging en ik vind het ook een leukere uitdaging.”

“Ik geloof dat wij naar een pan-Europese hypotheekmarkt aan het bewegen zijn.”

Naast Nederland is Stater momenteel al actief in België en Duitsland. Met name in die laatste markt ziet Dreuning kansen voor de nabije toekomst, mede vanwege de toenemende eenheid die hij waarneemt binnen de Europese markt.

“Ik geloof dat wij naar een pan-Europese hypotheekmarkt aan het bewegen zijn”, aldus de CEO. Deze beweging schrijft hij met name toe aan drie convergerende ontwikkelingen op het gebied van veranderend consumentengedrag, een toename aan Europese wet- en regelgeving en technologische vooruitgang.

Wat betreft het consumentengedrag ziet hij dat we in Nederland “in verhouding tot de landen om ons heen echt fors gedigitaliseerd zijn, maar ook dat andere landen daar snel in aan het meegaan zijn”.

Ook op het gebied van wet- en regelgeving schuiven de Europese lidstaten meer naar elkaar toe, zo constateert Dreuning, simpelweg omdat er steeds meer centraal wordt bepaald vanuit Brussel.

De derde ontwikkeling – de technologische vooruitgang – beschouwt hij in zekere zin als de verbindende factor die het voor Stater mogelijk maakt op de twee andere ontwikkelingen in te spelen. “Daarmee kun je enerzijds die wet- en regelgeving bijhouden en anderzijds dat veranderend consumentengedrag faciliteren.”

Aflossingsvrijstaat Nederland

Van der Horst ziet dezelfde beweging richting één Europese hypotheekmarkt. Hij stelt echter dat daar – in het bijzonder voor Nederland – ook de nodige uitdagingen mee gepaard gaan. Daarbij doelt hij met name op de toenemende Europese wetgeving, die de komende decennia nog weleens zou kunnen botsen met de bijzondere Nederlandse hypotheekmarkt.

Zo is het in andere lidstaten “onbestaanbaar” dat een deel van de hypotheeksom aflossingsvrij is, terwijl dat in Nederland heel normaal is. “Hoe met name toezichthouder ECB daarnaar kijkt kan best wel wat ontwrichtend zijn voor de Nederlandse markt”, legt Van der Horst uit.

Hij wijst erop dat “alle onderzoeken” en de praktijk weliswaar aantonen dat “de aflosvrijsituatie zoals we die nu gecreëerd hebben eigenlijk een heel laag risico-element in zich draagt”, maar dat garandeert volgens hem geenszins dat de rest van de EU hier genoegen mee neemt.

Vele verschillen, één set regels

Idealiter zou je volgens Van der Horst ieder land binnen zijn eigen context beoordelen. Zo beschikt Nederland over een steviger pensioenstelsel, waar dat pensioen in de rest van Europa veel meer in de bakstenen van het eigen huis zit. “Dus dan moet je wel helemaal hebben afgelost tegen die tijd, je kunt niet met een restschuld blijven zitten zoals hier.”

Dit maakt het moeilijk om de situatie in Nederland te vergelijken met de andere lidstaten. Bovendien zou een totaalverbod op aflossingsvrij de nu al oververhitte Nederlandse huizenmarkt nóg ontoegankelijker maken, waarschuwt hij. En dan is er natuurlijk ook nog het heikele punt van de hypotheekrente – ook al uniek voor ons land.

Opgeteld maken al deze bijzondere eigenschappen van de Nederlandse hypotheek- en huizenmarkt “het af en toe ook wel lastig dat je die tendens hebt naar één set van regels die voor allen hetzelfde moeten zijn”, concludeert Van der Horst.

Evolutie, geen revolutie

Naast de mooie kansen liggen er dus ook weer voldoende uitdagingen klaar, beaamt ook Dreuning. Mede daarom benadert Stater de internationale ambities stapsgewijs, legt hij uit. “Dat gaat langzaam. We zeggen in Duitsland ook: we willen hier als een olievlek groeien. Dus dat is echt een model van evolutie en niet van revolutie.”

Wat de toekomst ook precies brengt. De CEO en commissaris kijker ernaar uit om samen de komende jaren bij te dragen aan het vormgeven van deze evolutie.

In de podcast passeerden ook nog andere actuele thema’s de revue, zoals de exploderende inflatie. Benieuwd wat Dreuning en Van der Horst daarover te zeggen hebben? Luister dan hier de gehele podcast.