Donkere wolken trekken samen boven Rabobank
Rabobank heeft niet de beste dag in zijn geschiedenis achter de rug. Het punitieve handhavingstraject waarin de bank zich sinds 2021 in bevond, is geëindigd in een strafzaak van het Openbaar Ministerie. Het OM heeft de bank laten weten dat Rabobank als verdachte is aangemerkt in verband met het overtreden van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft). Alsof dat niet genoeg is, werd de coöperatieve bank eerder op de dag ook door de Europese Commissie in het beklaagdenbankje geplaatst vanwege mogelijke kartelafspraken met Deutsche Bank.
De aanleiding van het onderzoek is een melding van De Nederlandsche Bank, die de Rabobank al in 2018 op de vingers tikte. De bank moest destijds een voorwaardelijke boete betalen en kreeg drie jaar de tijd om zijn antiwitwascontroles op orde te brengen. In 2021 concludeerde de toezichthouder dat de Rabobank nog altijd niet aan de vereisten uit de Wwft voldeed. Daarmee werd de dwangsom (€500.000) verbeurd verklaard en kwam de bank in en punitief handhavingstraject terecht.
Rabobank laat weten volledige medewerking te verlenen aan het onderzoek. Rabobank is zeker niet de enige bank die in de problemen is gekomen vanwege nalatigheden in zijn antiwitwascontroles. Zo lagen onder meer ING en ABN AMRO eerder onder het vergrootglas. Strafzaken tegen de banken eindigden destijds in schikkingen van €775 miljoen (ING) en €480 miljoen (ABN AMRO).
The day just got worse
Een slechte dag voor Rabobank dus. Een dag die overigens al slecht begon. In de ochtend ontving de bank namelijk ook bericht van de Europese Commissie: men verdenkt Rabobank en Deutsche Bank van het maken van onderlinge geheime prijsafspraken. Dat zou gebeurd zijn tussen 2005 en 2016.
De twee banken zouden in het geniep gevoelige informatie over staatsobligaties hebben uitgewisseld en hun prijzen en handelsstrategieën op elkaar hebben afgestemd. Via e-mails en in chatrams zouden handelaren van de banken daarover contact hebben gehouden.
De Europese Commissie was aanvankelijk bereid om de zaak middels een schikking af te handelen. Gesprekken daarover werden echter gestaakt vanwege een gebrek aan vooruitgang. Zodoende is de Commissie een antitrustprocedure gestart.
Als dat onderzoek de verdenkingen van de Europese Commissie bevestigt, volgen er mogelijk boetes die kunnen oplopen tot maximaal 10% van de wereldwijde jaaromzet van een onderneming. Mocht het zo ver komen, kan de boete in Rabobanks geval oplopen tot boven één miljard euro. Beide banken stellen mee te werken aan het onderzoek.
Derde onderzoek
De prijsafspraken zouden volgens de Europese Commissie zijn gemaakt voor de handel in staatsobligaties op de zogeheten secundaire markt. Op de primaire markt worden staatsobligaties uitgegeven door overheidsinstellingen via een veiling (de primaire markt), waarna op de secundaire markt banken en beleggers de schuldpapieren kunnen verhandelen.
In de Rabobank-Deutsche Bank-zaak draait het om obligaties in euro’s, onder andere uitgegeven door overheden in de eurozone en door instanties als de Europese Investeringsbank.
Overigens is dit al het derde onderzoek in korte tijd. Een jaar geleden deelde de Europese Commissie een boete van €28 miljoen uit aan onder andere Bank of America en Credit Suisse voor kartelvorming in de handel van staatsobligaties op basis van dollars. Deutsche Bank was ook in die zaak betrokken, maar werd niet beboet omdat het de prijsafspraken aankaartte.
De tweede zaak – in mei 2021 – leverde een boete op van in totaal €371 miljoen. Vier investeringsbanken maakten samen met nog drie andere banken prijsafspraken op zowel de primaire als de secundaire markten.